“Dit kan een nieuw segment in de woningmarkt worden”

De eerste microwoning in de achtertuin van een particulier eigenaar is vorige maand in Gouda geplaatst. Matthijs Rolleman en zijn partners hebben grootse plannen. Zij zetten de kleine woningen in als nieuw wapen in de woningcrisis waarmee mensen die hard op zoek zijn naar woonruimte geholpen kunnen worden.

Hoe ontstond dit idee?

“Twee jaar geleden stond ik bij mijn zwager in de achtertuin. Hij zei dat hij in een deel van de tuin eigenlijk nooit kwam. Toen ik vroeg waarom hij die grond niet verhuurde, was zijn reactie ‘ach nee, veel te veel gedoe’. Dat zette mij aan het denken: er zijn meer mensen zoals hij, die grond ‘over’ hebben.”

“Vorig jaar heb ik het idee om woningen in achtertuinen te plaatsen op Facebook gezet, het AD pikte het op en kopte: ‘Oplossing voor de woningmarkt’. Maar ik had nog helemaal geen uitgewerkt plan en ik had geen idee wat hier allemaal bij kwam kijken. Ik kom uit de creatieve hoek, niet uit de bouw- of gebiedsontwikkelingswereld. Er kwamen honderden reacties!”

Hoe heb je het vervolgens aangepakt?

“Een particuliere eigenaar in Gouda meldde zich om een deel van haar achtertuin te verpachten, en het lukte om mijn plan aan de wethouder voor te leggen. Bij de reacties die ik kreeg na de publiciteit in de media zaten ook architecten en juristen die hun diensten aanboden. Investeerders bleken geïnteresseerd en zij hebben inmiddels 49 procent van de aandelen van het bedrijf in bezit. Zij stoppen niet alleen veel geld in de huisjes, zij hebben ook veel kennis en een goed netwerk in de wereld van projectontwikkeling. Ook melden zich steeds meer mensen die een deel van hun grond ter beschikking willen stellen, zonder dat we hiervoor veel moeite hebben gedaan.”

Maar dan staan de woningen er nog niet. Waar ben je tegenaan gelopen?

“Het is een dubbel verhaal. Aan de ene kant hebben we de wind mee, want iedereen is op zoek naar creatieve oplossingen om meer woningen te realiseren. Minister Hugo de Jonge roept daar ook toe op, ik heb ook gesproken met medewerkers van hem. Investeerders kwamen naar mij toe en zeiden “we denken dat je hier iets te pakken hebt.”

“Maar op lokaal niveau ligt het anders. Ambtenaren hebben snel de neiging om 99 goede argumenten naast zich neer te leggen omdat er één reden is waarom het niet kan. Het bestemmingsplan is dan meestal het grootste obstakel, maar dat blijkt dus oplosbaar nu het eerste huisje in een achtertuin in Gouda is geplaatst.”

Hoe ziet de deal tussen verpachter, huurder en jullie bedrijf eruit?

“Het is eigenlijk heel simpel. Als iemand aangeeft dat hij of zij een stuk grond wil verpachten dan regelen wij alles. Van vergunningen tot financiering tot onderhoud. De eigenaar krijgt een deel van de maandelijkse huuropbrengst. Wij plaatsen het prefab-huisje en zorgen ervoor dat de nutsvoorzieningen worden aangesloten. Vervolgens selecteren wij een huurder.”

Hoe groot zijn de woningen?

“De woning in Gouda is ruim 20 vierkante meter groot, de bewoner beschikt daarnaast over een kleine buitenruimte. We willen naar vier varianten toe die in grootte verschillen tussen de 20 en 40 vierkante meter. Het gaat om het sociale, midden en vrije sector huursegment en een huurhuisje dat qua stijl beter aansluit op het buitengebied. De woningen zijn in principe bedoeld voor een of hooguit twee mensen, meer zou ik niet doen.”

Alleenstaanden zijn de voornaamste doelgroep?

“Starters, mensen die gescheiden zijn, ouderen. Het aantal mensen dat alleen woont neemt alleen maar toe. Dat hoeft overigens niet, zoals in Gouda, een huisje in een achtertuin te zijn. We hebben al geïnteresseerden – inmiddels zo’n 200 gegadigden – die grote stukken land hebben en tientallen huisjes willen plaatsen. Die eigenaren wonen voornamelijk binnen de Randstad, maar geïnteresseerden melden zich vanuit alle delen van het land. Daar is de nood het hoogst. Almere, Houten, Elst, Woerden zijn voorbeelden van plaatsen waar we momenteel met eigenaren en gemeenten in gesprek zijn.”

Maar gaat dit initiatief echt helpen om de woningcrisis op te lossen?

“Ik denk dat het meer is dan een druppel op de gloeiende plaat. Grote gebiedsontwikkelingen kosten heel veel tijd om te realiseren, je bent zo acht jaar verder. En ook voor flexwoningen heb je wel grond nodig die je van een ander moet kopen. Dit is een snelle manier om op heel veel plekken extra woningen te realiseren. Afhankelijk van de gesprekken met gemeenten kunnen wij in een tijdsbestek van weken een woning neerzetten.”

“Het voordeel voor de particuliere eigenaar is dat hij of zij er een goed zakcentje aan overhoudt, dat helpt natuurlijk ook mee. Maar het gaat er vooral om dat grond die nu niet gebruikt wordt, wel wordt benut. Als tien procent van alle huiseigenaren bereid is om dit te doen in de tuin of op een woongebouw, dan kunnen we echt behoorlijke aantallen halen en kan dit een nieuw segment in de woningmarkt worden. Niet alleen tijdens deze crisis, maar ook daarna.”