Campus als stad, en andersom

24 april 2011

3 minuten

Opinie Wat hebben de warmterecords rond het Paasweekend, de Britse ‘Royal wedding’ en universiteitscampus met elkaar gemeen? Ze genereren enorme internationale bezoekersstromen met bijbehorende economische activiteit. In een kenniseconomie waarin de aanwezigheid van hoogopgeleide kenniswerkers een belangrijke vestigingsplaatsfactor is – en diezelfde kenniswerker wereldwijde keuze heeft – is één ding duidelijk: alles wordt in de strijd gegooid om de talentvolle student, ondernemende alumnus of wetenschapper van wereldfaam aan te trekken en – nog belangrijker – vast te houden.

Campus als stad, en andersom - Afbeelding 1

‘Campus als stad, en andersom - Afbeelding 1’


Dit laatste is geen nieuws. Sterker nog, menig universiteit en stad heeft dit als beleid geformuleerd. Voor de uitvoering is intensieve samenwerking van belang. Maar die samenwerking lijkt ‘in goede tijden’ meer te kosten dan op te leveren. Met als gevolg dat steden, universiteiten, hogescholen en ‘brainparks’ elkaar als concurrentie beschouwden, en niet de snel groeiende buitenlandse alternatieven. Ook de campus kon zomaar een stad in een stad worden, met alle gevolgen van dien. Gelukkig (…) kwamen er ‘slechte tijden’, wat een zegen was voor lang bepleite duurzaamheidsthema’s als intensiever ruimtegebruik en hergebruik van het bestaande. Daarmee kreeg de samenwerking naast nut ook noodzaak.

De nieuwe samenwerkingsmodellen waren al bedacht, maar nog nauwelijks uitgevoerd. “Manage the campus as a city” is een conclusie uit mijn promotieonderzoek. De campus bestaat daarbij niet alleen meer uit gebouwen voor onderwijs en onderzoek, maar ook uit studentenhuisvesting, horeca, sport en culturele voorzieningen en ruimte voor gerelateerde bedrijvigheid, van startende ondernemers tot gerelateerd R&D. Het ergste wat een stad kan overkomen, is dat de universiteit daar een hek omheen zet en een nieuwe stad creëert (door de oude uit te hollen).

Intussen groeide binnen de universiteit het besef dat de (internationale) student zich bij enigszins vergelijkbare kwaliteit van onderwijs en onderzoek laat leiden door de aantrekkingskracht van de studentenstad en de sfeer op de campus. Ook in Delft hebben we gezien wat een gerenoveerd Rijksmonument met meer publieke ruimte (BK city, Julianalaan) kan doen voor de studentenaantallen en het imago van universiteit en faculteit. Vele activiteiten op de campus zijn flexibel genoeg om nieuw leven te geven aan ander cultureel of industrieel erfgoed in de stad. Een kans voor stad en universiteit. Intensiever gebruik (meer mensen op minder meters) kan herbestemming haalbaar maken.

En zo verscheen mijn proefschrift – geheel ongepland – op het moment dat vele universiteiten en steden de krachten en middelen bundelen voor een duurzame kennisstad, in netwerken van regionale en nationale samenwerking. Dit geldt overigens niet alleen voor de samenwerking tussen stad en universiteit maar ook tussen steden, tussen universiteiten (en hogescholen) onderling en tussen faculteiten binnen universiteiten. Want ‘zelf ontwikkelen of samen’ werd ‘samen of niet’. Dan is de keuze opeens veel gemakkelijker.

Ooit was ik van plan te promoveren op publiek-private samenwerking in gebiedsontwikkeling. Na vier onderzoeken in opdracht van de Nederlandse universiteiten was het duidelijk: het werd universiteitsvastgoed. Bij het schrijven van de laatste hoofdstukken van “Managing the university campus” drong het tot me door: dit boek gaat over PPS in gebiedsontwikkeling. Bij die samenwerking gaat niet om een lucratieve gebiedsontwikkeling, maar om het faciliteren van de mensen die bijdragen aan de lokale en regionale kenniseconomie: de mobiele kenniswerkers, de internationale studentenpopulatie, de alumni, de ondernemers, de hoogleraren, de ondersteunende staf en de vele bezoekers. Dat levert meer op dan het vastgoed zelf. Reden te meer om de samenwerking te zoeken met partijen die doelen met de universiteit delen. Niet meer meters, maar meer mensen en economische activiteit maken een stad, meer kenniswerkers en activiteiten maken een campus. De campus van de toekomst is een stad: de stad.

Alexandra den Heijer is universitair docent aan de TU Delft en gepromoveerd op het onderwerp “Managing the university campus” (twitter: @alexandra_dh). Voor meer informatie over dit onderzoek en het gelijknamige boek: http://www.managingtheuniversitycampus.nl


Portret - Alexandra den Heijer

Door Alexandra den Heijer

Universitair docent bij de Technische Universiteit Delft


Meest recent

Luchtfoto van de haven van Amsterdam door Thomas Roell (bron: shutterstock)

In Amsterdam kan woningbouw doorgaan, ook al zit het stroomnet vol: hoe de gemeente en netbeheerder samenwerken

In Amsterdam zitten delen van de stad ‘op slot’ vanwege netcongestie. Hoe werken de gemeente en netbeheerder Liander samen om gebiedsontwikkelingen toch mogelijk te maken?

Uitgelicht
Interview

15 mei 2024

Annie MG Schmidtplein door Sebastian van Damme (bron: Sebastian van Damme)

Een wederopbouwicoon vindt zichzelf opnieuw uit: de transformatie Hart van Zuid in Rotterdam is op stoom

Het centrumgebied van Rotterdam-Zuid vindt zichzelf opnieuw uit. Gemeente en markt werken samen binnen het model van de gebiedsconcessie. Tien jaar na de start kunnen de eerste lessen worden getrokken.

Uitgelicht
Casus

15 mei 2024

Co Verdaas door Phil Nijhuis (bron: Phil Nijhuis)

Deltacommissaris Co Verdaas: “We moeten de komende generaties meenemen in de keuzes die we nu maken”

Hoe richten we Nederland zo in dat we ook over 100 jaar droge voeten hebben? Als deltacommissaris schetst Co Verdaas vergezichten voor de toekomst van de inrichting van Nederland.

Uitgelicht
Interview

14 mei 2024