Paadje in Badhoevedorp door Ben Hovemann (bron: De Stelling Badhoevedorp)

Bouwstenen voor maatschappelijke gebiedsontwikkeling

14 juni 2021

6 minuten

Analyse Hoe kun je bewoners in positie brengen bij de inrichting van hun leefomgeving en welke valkuilen moet je daarbij overwinnen? Het Landelijk Samenwerkingsverband Actieve bewoners (LSA) selecteerde zes voorbeelden van ‘maatschappelijke gebiedsontwikkeling’ om van te leren. “Uit een combinatie en stapeling van initiatieven kan iets groots groeien.”

Het Spoorpark in Tilburg is een burgerinitiatief dat de grenzen letterlijk heeft verlegd. Het twee jaar geleden geopende stadspark combineert tal van functies die voortkomen uit particulier initiatief: ecologie, groenstructuur, water, spel, recreatie, horeca en sport. Tijdens de coronacrisis kwam het veelvuldig in het nieuws als een van de drukst bezochte parken in het land. Waterschap, gemeente en bewoners hebben de handen ineengeslagen bij het beheer. Volgens de LSA is dit een succesvol voorbeeld van een gebiedsontwikkeling die verankerd is in de gemeenschap. Dat zou voor elke gebiedsontwikkeling moeten gelden, meent directeur Thijs van Mierlo. “Whatever the problem, community is the answer”, citeert hij de Amerikaanse onderzoeker Margaret Wheatley. “Ik ken weinig succesvolle voorbeelden van een gebiedsontwikkeling waarbij de gemeenschap niet betrokken is.”

Participatie afdwingen

Bewoners krijgen vaak met moeite een voet tussen de deur bij gebiedsontwikkeling, meent hij. “Dat moeten we van onderop afdwingen. De komende Omgevingswet verplicht plannenmakers om aan te geven hoe ze de participatie hebben georganiseerd, maar dat is veel te vrijblijvend. De rol van particulieren zou veel sterker moeten worden geformuleerd.”

Ik ken weinig succesvolle voorbeelden van een gebiedsontwikkeling waarbij de gemeenschap niet betrokken is

Marije van den Berg van ‘Democratie in Uitvoering’ en procesbegeleider van enkele door het LSA geselecteerde initiatieven, is het hiermee eens: "De Omgevingswet stelt geen eisen aan de wijze waarop participatie wordt vormgegeven. Dus moeten we het zelf organiseren. Wie bepaalt wat er gebeurt en wat de kwaliteit van een gebied moet zijn? Als er alleen een groot gebiedsconcept is zonder lokale verankering, is een ontwikkeling tot mislukken gedoemd. De kunst is een grootschalige visie te koppelen aan de praktijk van bewoners. Daar zitten veel ideeën, wijsheid en uitvoeringskracht. Neem geen besluiten over de hoofden van de bewoners heen.”

Stel, een ontwikkelaar sluit een intentieovereenkomst met de gemeente over de ontwikkeling van een bepaald gebied. Van den Berg: “Dan staat de gemeenschap al gauw buitenspel en dreigt ze speelbal te worden van partijen met macht en geld. Het maatschappelijk kapitaal blijft in dat geval onbenut. Maatschappelijke gebiedsontwikkeling vergt een samenspel van markt, politiek en gemeenschap. Als verschillende belangen en visies om voorrang strijden, moeten gekozen politici de knoop doorhakken. Hun rol als volksvertegenwoordiger is het om besluiten te nemen in het algemeen belang. Wat dat is? Niet veel anders dan maatschappelijk welzijn. En dus is het logisch aan te sluiten op wat er in de buurt en breder in de gemeenschap speelt. Een raadsbesluit over een park of bouwhoogte wordt beter als het is verankerd in de wijk.”

Westelijke IJsseloever door John Vos (bron: Stichting WIJD)

‘Westelijke IJsseloever’ door John Vos (bron: Stichting WIJD)


Meervoudigheid als kracht

Hoe speel je als bewoners in op de complexiteit die inherent is aan elke gebiedsontwikkeling? Van den Berg: “Uit een combinatie en stapeling van initiatieven kan iets groots groeien. We noemen dit zwaan-kleef-aan-effect ook wel ´het trappetje van Jürgen van der Heiden’, bedacht door een consultant van AT Osborne. Een meervoudig project begint bijvoorbeeld met een buurttuin. Die voorziet in de behoefte aan groen en gezelligheid. Daaruit ontstaan nieuwe initiatieven, zoals natuureducatie, dagbesteding, horeca. Elk blokje vormt een businesscase met eigen geldstromen en een eigen dynamiek. Door die slim te koppelen voegen ze waarde toe aan het geheel. Centrale coördinatie is soms wel en niet zinvol. Er is geen standaardmodel voor dit soort ontwikkelingen. Het is een organisch proces.” Van den Berg trekt de vergelijking met een taart met verschillende ingrediënten, die je niet kunt scheiden, maar wel onderscheiden.

“Meervoudigheid wordt door sommigen als last ervaren vanwege de nodige afstemming”, zegt Van den Berg, “maar dankzij de krachtenbundeling vormt ze een mer à boire aan kapitaal. Maak als bewoners zichtbaar wat je doet. Dan sluiten andere bewoners en ondersteunende partijen makkelijker aan.”

De kunst is een grootschalige visie te koppelen aan de praktijk van bewoners

Voor bewonersorganisaties is het met meervoudige projecten soms lastig aan te haken bij lokale overheden en fondsen. “Die hebben in hun subsidiebeleid moeite met meervoudigheid. Voor elke activiteit is een aparte geldstroom, waarbij niet wordt gekeken naar de resultaten voor het geheel. Een uitzondering is het Fonds voor Integraal Maatschappelijk Initiatief in Rotterdam.”

Ervaringen delen, kennis uitwisselen

Belangrijk voor bewoners is hoe ze zeggenschap kunnen behouden over hun initiatieven. Daarover hebben Marije van den Berg en haar collega-procesbegeleider Frans Soeterbroek in een webinar tekst en uitleg gegeven. Er zijn drie gangbare rechtsvormen: een vereniging, coöperatie en stichting. Soeterbroek: “Bij de eerste is de zeggenschap van bewoners goed geregeld. Een coöperatie is vooral interessant als er sprake is van een onderneming. Gemeenten hebben vaak voorkeur voor een stichting, omdat dat makkelijker is bij het toekennen van subsidies. Maar de bewoners staan dan vaak op afstand.”

Buurtpoker in Delfshaven door Robbert de Vrieze (bron: Delfshaven Coöperatie)

‘Buurtpoker in Delfshaven’ door Robbert de Vrieze (bron: Delfshaven Coöperatie)


Een voorbeeld hiervan is het eerder genoemde voorbeeld Spoorpark Tilburg. Soeterbroek: “In het stichtingsbestuur zaten aanvankelijk niet de initiatiefnemers zelf. Die worstelden met de vraag of ze nog wel eigenaar van het initiatief waren. Wij hebben ze in contact gebracht met de succesvolle Delfshaven coöperatie, waar diverse initiatiefnemers en bewoners gezamenlijk de ontwikkelingen sturen op het gebied van energie, welzijn en community building.” Inmiddels heeft het Tilburgse stichtingsbestuur het probleem erkend en twee zetels voor de buurt gereserveerd, waarmee de kou uit de lucht is.

Ervaringen delen, kennis uitwisselen, duo’s vormen en samen optrekken. Dat was de opzet van het LSA-project maatschappelijke gebiedsontwikkeling, gesubsidieerd door het programma ‘Democratie in Actie’ van centrale en decentrale overheden. Uit achttien inzendingen had LSA er zes uitgekozen om mee de diepte in te gaan. Directeur Thijs van Mierlo: “Ze moesten robuust zijn met enthousiaste mensen die al op de uitvoering zitten en daardoor een maximale leeropbrengst hebben.” Behalve Spoorpark Tilburg en de Delfshaven Coöperatie werden de volgende initiatieven geselecteerd: de Stelling Badhoevedorp (het creëren van een groene buffer in en om het dorp), de Stichting WIJD (de versterking van het leefmilieu in het areaal Westelijke IJsseloever te Deventer), SPARK (SamenlevingsPARK is een concept voor stedelijk samenleven in het Haagse stadsdeel Escamp) en de Moerwijk coöperatie (organisatie, bedrijf en platform van bewoners om al dan niet samen met de gemeente onderwerpen te agenderen en werkzaamheden uit te voeren).

Maatschappelijke gebiedsontwikkeling vergt een samenspel van markt, politiek en gemeenschap

Door de coronabeperkingen waren fysieke bijeenkomsten en ontmoetingen nagenoeg uitgesloten. Drie webinars voorzien gedeeltelijk in deze leemte. Wat heeft het project tot nu toe opgeleverd? Van Mierlo: “Veel zelfbewustzijn, een vernieuwende manier van kijken om integrale initiatieven geborgd te krijgen. Mogelijke strategieën om aan tafel te komen bij plannenmakers. Geen gedetailleerd stappenplan, daarvoor is maatschappelijke gebiedsontwikkeling te divers en contextgebonden. Wel bouwstenen om een initiatief tot een succes te maken. Bewoners hebben misschien minder toegang tot kennis en informatie, maar brengen hun eigen deskundigheid in. Daarbij hebben ze vaak te maken met een overheid die het lastig vindt de sturing uit handen te geven.”

Geen verlengstuk, wel meebewegen

In het webinar over de governance van burgerinitiatieven schetst Soeterbroek enkele dilemma’s. Namens wie spreek je? Als initiatiefnemer ben je niet verantwoordelijk voor de participatie van de hele buurt. Daarvoor zijn goede afspraken met de gemeente nodig. Die moet waarborgen dat iedereen mee kan doen. Bovendien moet je ervoor waken dat je geen verlengstuk wordt van het beleid van de gemeente. Soeterbroek: “Je moet wel meebewegen met de systeemwereld. Zorg voor een dialoog met wijkmanagers. Verbind je met meerdere partijen. Niet alleen de gemeente, maar ook corporaties, welzijnsorganisaties, ontwikkelaars en andere collectieven. En stel daarbij je eigen voorwaarden.”

Lees hier meer informatie over het LSA project over maatschappelijke gebiedsontwikkeling

Hoe borg je het eigenaarschap van een burgerinitiatief?

  • Stel samen met de belanghebbenden een aantal democratische principes en gedeelde waarden vast, die dienen als toetssteen voor wat je samen doet.
  • Laat je adviseren over een passend governancemodel en kijk af bij collega-initiatieven hoe zij dit aanpakken en waar ze tegenaan lopen.
  • Overleg met je belangrijkste geldschieters over hoe zich dat vertaalt in contractrelaties. Laat je daarbij niet dicteren door puur procedurele en juridische overwegingen, maar stel de onderliggende waarden centraal. Zoek samen naar de rek in de regels.
  • Blijf je bij elke stap afvragen of de mensen om wie het gaat zich nog wel eigenaar voelen van het initiatief en bedenk acties om dat warm te houden. Het plezier zit vaak meer in mobiliserende acties dan in papier en overleg.
  • Verbind je met meerdere partijen (gemeente, waterschap, welzijnswerk, corporaties, ontwikkelaars en andere collectieven) om je kans op succes te vergroten en je afhankelijkheid van één organisatie en inkomstenbron te verminderen.

Bron: webinar LSA


Cover: ‘Paadje in Badhoevedorp’ door Ben Hovemann (bron: De Stelling Badhoevedorp)


simon kooistra pp

Door Simon Kooistra

Freelance journalist


Meest recent

GO weekoverzicht 25 april 2024 door Gebiedsontwikkeling.nu (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was de week van de complete buurt

Dit was een week op Gebiedsontwikkeling.nu waarin de complete stadsbuurt centraal stond. Van de transformatie van het Utrechtse Wisselspoor via het naoorlogse stadsdeel Breda Noord naar de verdichting in het Haagse Bezuidenhout.

Weekoverzicht

25 april 2024

Zonnepanelen op het dak van een gebouw door Richie Quintyne NVEST (bron: shutterstock)

Duurzame energie in de regio, een passend ontwerp begint bij de goede vraagstelling

In de eerste ronde Regionale Energiestrategieën ging het ook over ruimtelijke kwaliteit. Hoe landen ingrepen in de energie-infrastructuur in onze omgeving? PBL en Royal HaskoningDHV plozen de plannen door en formuleren lessen & tips.

Uitgelicht
Onderzoek

25 april 2024

sportcampus Zuiderpark, Den Haag door Menno van der Haven (bron: shutterstock)

Wat is goed in de ruimtelijke ordening?

De vraag ‘wat is een goede ruimtelijke ordening?’ wint aan gewicht nu we als samenleving meer ambities hebben dan er aan ruimte beschikbaar is. Alle reden voor een nadere reflectie, door hoogleraren Marlon Boeve en Co Verdaas.

Uitgelicht
Analyse

24 april 2024