Dag van de Projectontwikkeling

7 juni 2012

6 minuten

Verslag In de afgelopen vier jaar is de economische en maatschappelijke constellatie, waarbinnen de ontwikkelaar zijn meerwaarde moet realiseren, totaal veranderd. Sommigen spreken van De Nieuwe Realiteit. NEPROM organiseerde met de Dag van de Projectontwikkeling op 23 mei 2012 een inspirerende dag vol succesvolle strategieën en slimme, vernieuwende praktijkprojecten. Speciaal voor architecten, projectontwikkelaars, beleggers, overheden en corporaties.

Het Nieuwe Wonen, Werken en Winkelen

Ontwikkelaars toonden met de partijen waarmee ze samenwerken hoe hun werkwijzen zijn veranderd, welke innovaties ze hebben doorgevoerd, welke consequenties dat heeft voor het benaderen en betrekken van de markt, en tot welke producten dat leidt. Daarnaast werd verkend hoe andere sectoren en bedrijfstakken inspelen op de uitdagingen van deze tijd. Hoe zij in klant- en innovatiegedreven organisaties zijn veranderd, waar dat toe leidt in marktbenadering en werkwijze, en welke resultaten en waardering dat uiteindelijk oplevert. In dit alles stonden Het Nieuwe Wonen (de meerwaarde van de ontwikkelaar voor particuliere initiatieven), Het Nieuwe Werken (nieuwe, succesvolle businessconcepten onder dak brengen) en Het Nieuwe Winkelen (bricks, clicks en het derde kanaal; praktijkervaring met cross channeling) centraal.

Weg met het chagrijn

Met typische carnavalsmuziek werden de bezoekers van de eerste Dag van de Projectontwikkeling in de zaal van de Brabanthallen verwelkomd: weg met het chagrijn was het devies van de directeur van NEPROM, Jan Fokkema. Hij wilde op de zonovergoten dag de positieve kant belichten. Het sterker uit de crisis komen is geen voornemen; projectontwikkelaars zijn er al sterk mee bezig.

“Projectontwikkeling is een vakgebied met een rijke ervaring en kan bijdragen aan economie en welbevinden van burgers”, aldus Fokkema. Wel zijn een andere houding en bewustzijn onontbeerlijk. Dit werd beaamd door Wienke Bodewes, Voorzitter NEPROM en algemeen directeur Amvest. Hij gaf aan dat het gebrek aan vertrouwen de sleutel is van de huidige tijd van grote onzekerheid en de sterk gekrompen sector. De ongrijpbare factor vertrouwen wordt gevoed door financiële systemen en persoonlijke toekomst. “Vertrouwen is essentieel. Om dat op te bouwen moeten projectontwikkelaars duursporters zijn in plaats van sprinters”, aldus Bodewes. Naast de financiële crisis, waar de vertrouwenscrisis uit voortkomt, drukt ook de enorm snel veranderde maatschappij zijn stempel. Volgens Bodewes is er puur praktisch gezien nog een enorme opgave en is er dus ook nog steeds vraag naar grootschalige gebiedsontwikkeling. Wel dient de klant het uitgangspunt te vormen en moeten de marketing en het proces rondom de ontwikkeling anders ingericht worden. Het ontbreekt namelijk aan het instrumentarium om te beantwoorden aan de toenemende complexiteit van de vraag, zowel aan de fysieke als de omgevingskant. Systemen zijn langzaam, niet flexibel en de ruimte in systemen blijft vaak onbenut. Volgens Bodewes zijn zowel de publieke als de private partijen zelf daarvan de oorzaak. “Techniek en IT zijn tegenovergesteld aan stenen, maar indien goed toegepast kan de techniek heel positief benut worden”. De planningscultuur moet daarvoor aangepast worden en ook de time to market dient een heel stuk ingekort te worden. Ook duurzaamheid is een belangrijke waarde. Bodewes is niet alleen maar positief gestemd. De geplande 10.000 woningen voor dit jaar zijn erg weinig en de aangekondigde BTW-­‐verhoging is ‘killing’. Toch verwacht Bodewes niet dat dit de doodsteek is: “Verandering is van alle tijden”.

De vastgoedsector moet vermaatschappelijken

Het weer aantrekkelijk maken van Nederland in deze periode van verandering, en de mogelijke bijdrage van vastgoedpartijen daaraan, stond centraal in de lezing van Hans de Boer, CEO LSI en voormalig voorzitter MKB-­‐Nederland en Taskforce Jeugdwerkeloosheid. Het Nieuwe Nederland wordt volgens hem gekenmerkt door vooruitgang. Het door De Boer bedachte kunstmatig aangelegd eiland in de vorm van een tulp voor de kust van Nederland dient daarbij als metafoor, met als doel om Nederland in de wereldetalage te plaatsen. De metafoor voor het Nieuwe Nederland zet in op ondernemerschap, investeert in plaats van consumeert, doet waar het traditioneel goed in is, laat zijn kwaliteiten zien en positioneert zich onderscheidend in de wereld. Volgens De Boer is vastgoed

op de lange termijn een resultante van economie en samenleving, noodzaak en ‘volksmentaliteit’. Maar op korte termijn is vastgoed een belangrijke beïnvloeder van economie en samenleving, mits publieke (bij)sturing op de markt gedaan wordt. De Boer is van mening dat deze laatste rol van vastgoed, die als actor, sterk onderbelicht wordt. Om juist die rol te benutten moet de vastgoedsector vermaatschappelijken: “Vastgoed is de uiting van economie en samenleving en heeft een belangrijke invloed”. Volgens De Boer bestaan er drie mogelijkheden waarop vastgoed voor economische impulsen op korte termijn kan zorgen: stimulering via nieuwbouwmarkt, stimulering via huurliberalisatie en (binnen)stedelijke herontwikkeling via kantoren. Dit kan zelfs belastinggeld opleveren, aldus De Boer. Wel is overheidsbeleid noodzakelijk. Daarnaast werden een aantal autonome mogelijkheden voor de vastgoedsector genoemd. Richting de klant waren dat prijs, lead time, kwaliteit, proactieve vertaling trends naar stenen en risicobeheersing en ontzorging. Mogelijkheden richting de publieke sector zijn PPP’s, risicobeheersing en marktkennis. Volgens De Boer zit de zwakte vooral in de (semi-­‐)publieke sector en dient het Lente-­‐akkoord scherp aangepakt te worden: “NEPROM moet het Binnenhof het nieuwe Nederland uitleggen”.

De spelen als motor voor de revitalisering van een stedelijk achterstandsgebied

Na de confronterende en inspirerende lezing van De Boer was het de beurt aan Peter Bishop, Allies and Morrison Architects, Londen en voormalig projectleider gebiedsontwikkeling rond Olympische locaties in Oost-­‐Londen. Hij ging in op de integrale gebiedsontwikkeling in Oost-­‐Londen met de Olympische Spelen als motor voor de revitalisering van een stedelijk achterstandsgebied. De Spelen op zichzelf zijn volgens Bishop niet het doel, maar een middel om dit achterstandsgebied structureel te verbeteren. De Olympische Spelen wordt ingezet om problemen aan te pakken. Het moet een motor zijn om fundamentele veranderingen te realiseren; ambities waar te maken. London won het bid omdat het de duurzaamste Spelen ooit ambieert neer te zetten.
Centraal stonden niet de tijdelijke voorzieningen voor de Spelen, maar de transformatie hiervan naar permanente voorzieningen en een permanente upgrade van de wijk na de Spelen. Hierbij is er eerst gekeken wie de probleemeigenaren waren. Met hen is een gezamenlijk gedragen visie en verhaal neergezet. Dit verhaal heeft investeerders aangetrokken en bewoners betrokken. De infrastructuur vormt in Londen de grootste investering en de basis voor de ontwikkeling. Zowel de infrastructuur als de gebouwen worden in mechanismen gebouwd om het na de Spelen te kunnen transformeren in bruikbare werken. Zo is bijvoorbeeld het Olympische zwembad zo ontworpen dat de tribunes met een capaciteit van 12.500 toeschouwers tijdens de Spelen, na het evenement kunnen worden verkleind tot de grootte die is benodigd voor een stadsdeelzwembad.
Ook zijn woningen toegevoegd om bestaande gebieden te versterken en zijn internationale bedrijven aangetrokken tot de ‘groene’ bedrijvenwijk.

Blauwe bananen

Vervolgens confronteerde marketeer Wouter de Vries de toehoorders met vastgeroest denken. Vragen die centraal stonden waren: hoe maak je jezelf onderscheidend in vastgoedontwikkeling, hoe kom je los van het vastgeroest denken en hoe ontwikkel je via klantgericht handelen je eigen unieke marktpositionering. Kortom: hoe kun je van gele banaan, de standaard, een blauwe banaan, uniek, worden. Veel bedrijven pretenderen hetzelfde, bijvoorbeeld ‘duurzaam’ en ‘innovatief’ te zijn. Dit zijn algemene begrippen en niet onderscheidend in de markt. Het is de kunst om je unieke waarden te benoemen en uit te dragen. Hiervoor is een andere opstelling van de dienstverlener en een nieuwe relatie met de consument essentieel; voor het klantgericht ontwikkelen is een heel ander denkpatroon nodig. Gele bananen veranderen in blauwe bananen als ze niet naar de concurrent kijken, de behoefte van de klant weten te vertalen naar zichzelf, beloften doen, inzetten op de beleving en bewijs realiseren.

Voor een pdf van de volledige publicatie zie bijlage

Zie ook:


Portret - Trienke Hooghiemstra

Door Trienke Hooghiemstra

Trainee project leader at Provincie Fryslân


Meest recent

GO weekoverzicht 25 april 2024 door Gebiedsontwikkeling.nu (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was de week van de complete buurt

Dit was een week op Gebiedsontwikkeling.nu waarin de complete stadsbuurt centraal stond. Van de transformatie van het Utrechtse Wisselspoor via het naoorlogse stadsdeel Breda Noord naar de verdichting in het Haagse Bezuidenhout.

Weekoverzicht

25 april 2024

Zonnepanelen op het dak van een gebouw door Richie Quintyne NVEST (bron: shutterstock)

Duurzame energie in de regio, een passend ontwerp begint bij de goede vraagstelling

In de eerste ronde Regionale Energiestrategieën ging het ook over ruimtelijke kwaliteit. Hoe landen ingrepen in de energie-infrastructuur in onze omgeving? PBL en Royal HaskoningDHV plozen de plannen door en formuleren lessen & tips.

Uitgelicht
Onderzoek

25 april 2024

sportcampus Zuiderpark, Den Haag door Menno van der Haven (bron: shutterstock)

Wat is goed in de ruimtelijke ordening?

De vraag ‘wat is een goede ruimtelijke ordening?’ wint aan gewicht nu we als samenleving meer ambities hebben dan er aan ruimte beschikbaar is. Alle reden voor een nadere reflectie, door hoogleraren Marlon Boeve en Co Verdaas.

Uitgelicht
Analyse

24 april 2024