De economische pubertijd is voorbij

4 maart 2014

3 minuten

Opinie In het eind vorig jaar verschenen rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid ‘Naar een lerende economie’ staat de vraag centraal waar het toekomstige ‘verdienvermogen’ van de Nederlandse economie ligt. Na deze oproep voor een nationale groei-agenda van Wiebe Draijer pleitte recent ook voormalig minister van Economische Zaken Hans Wijers voor zo’n agenda. Wijers benadrukt dat we moeten kijken vanuit een breed welvaartsbegrip: Nederland moet spannend en attractief blijven.

Begin van dit jaar maakte ‘foreign affair’ blogger Max Fisher voor de Washingtonpost een lijstje van de snelst groeiende economieën voor 2014. Op nummer één Mongolië, op twee Sierra Leone en op drie Turkmenistan. Kern van de groeispurt in deze landen is de verkoop van natuurlijke grondstoffen aan rijkere landen. Nederland zal in 2025 meer gas verbruiken dan produceren. Het vorig jaar, onder Draijer gesloten Energieakkoord speelt hier op in. Veertig partijen verbinden zich aan afspraken over energiebesparing, schone technologie en klimaatbeleid. Wij moeten het niet langer hebben van de verkoop van natuurlijke grondstoffen, maar van kennis, ondernemerschap en technologische en sociale innovatie.

Voor welvarende landen als Nederland is de pubertijd voorbij. Het gaat voor ons niet om een groeispurt maar om het stimuleren van economische ontwikkeling die ‘kwaliteit van leven’ centraal stelt. Een actuele vraag voor veel steden. Na de wederopbouw, bepaalde achtereenvolgens de stadsvernieuwing, de binnenstedelijke vernieuwing en het compacte stadsbeleid met de Vinex de ruimtelijke agenda. De komende jaren verschuift de aandacht naar sociaal-economische opgaven. Gemeenten staan met de decentralisatie van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning bij de komende verkiezingen voor stevige uitdagingen. Een onderliggende vraag is hoe overheid, markt en civil society de komende jaren vorm geven aan de kwaliteit van leven in onze steden.

De Amerikaan Robert Schalock heeft dit begrip ‘Quality of life’ uitgewerkt in acht aspecten: persoonlijke ontwikkeling, zelfbeschikking, interpersoonlijke relaties, sociale inclusie, rechten en welbevinden, in emotioneel, psychologisch en in materieel opzicht. Ieder aspect kan geconcretiseerd worden aan de hand van indicatoren. In het WRR-rapport ‘Naar een lerende economie’ is vooral aandacht voor het eerste aspect. Zo zijn onderwijs en ondernemerschap belangrijke indicatoren voor persoonlijke ontwikkeling. Uit de recent gepresenteerde voortgangsrapportage van de Kennis en Innovatie Agenda blijkt dat we hier nog een lange weg te gaan hebben. Ons huidige niveau van de Europese middenmoot staat nog ver af van onze ambitie om tot de toplanden te behoren. Ook de investeringsdoelstellingen worden nog lang niet gehaald. En er zijn nog weinig innovatieve producten en diensten.

Wat betekent dit alles nu voor gebiedsontwikkelaars? Nederland heeft een sterke traditie in het integraal ontwikkelen van gebieden. Naast het leggen van fysieke verbindingen ligt één van de uitdagingen de komende jaren in het maken van kruisbestuivingen tussen het sociale en fysieke. Goed onderwijs gaat ook over gezonde scholen. Dit vertaalt zich in aanfietsroutes, maar ook in energieprestatie, materiaalgebruik en de aanlevering van gezonde voeding voor de kantine. De opgave is ook hoe gebiedstransformaties kunnen worden verbonden met vraagstukken op het gebied van zorg en werkgelegenheid. Voor corporaties past maatwerk om te kunnen blijven investeren in wijken, waar de markt de gewenste mix van sociale- en middeldure huur- en koopwoningen niet oppakt.

Laten we ons niet in slaap laten sussen door het prille economisch herstel. Een ‘kwaliteit van leven’- agenda vraagt ons aller aandacht. Niet alleen (inter-)nationaal, maar in navolging van het succes van de regio Eindhoven ook binnen andere stedelijke netwerken, en natuurlijk op wijkniveau: het dagelijks niveau van leven.


Agnes Franzen door Ineke Oostveen (bron: Agnes Franzen)

Door Agnes Franzen

Strategisch adviseur SKG/TU Delft en medeoprichter/hoofdredacteur van Gebiedsontwikkeling.nu (2010-2017)


Meest recent

Klimaatadaptief ontwerpen, Utrecht door Nanda Sluijsmans (bron: Flickr.com)

Gebiedsontwikkeling langs de maatlat klimaatadaptief en groen bouwen

Water en bodem leidend maken: mooi principe, maar dan. Hoe dit vorm te geven bij concrete projecten? Het Rijk lanceert de landelijke maatlat klimaatadaptief en groen bouwen als eerste hulpmiddel.

Nieuws

31 maart 2023

Nieuwbouwwijk Noorderhaven in Zutphen, Gelderland door Maarten Zeehandelaar (bron: Shutterstock)

Woningbouw op veehouderijlocaties: een goed idee

Het is een klassieke win-win: bouw woningen op locaties van veehoudende bedrijven. Minder stikstof-uitstoot en meer woningen om de woningnood te verminderen. Samuel Orobio de Castro onderzocht hoe dit in de praktijk vorm kan krijgen.

Uitgelicht
Onderzoek

31 maart 2023

Weekoverzicht Cover door Ineke Lammers (bron: gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was een week om opnieuw uit te vinden

Deze week draait het op Gebiedsontwikkeling.nu om 'opnieuw uitvinden'. Of het nu om industrieel bouwen, ontmoeting in superdiverse wijken of om werklocaties gaat, ze gaan in de revisie.

Nieuws

30 maart 2023