Fietspad langs fruitbomen in bloesem, Betuwe door Wolf-photography (bron: Shutterstock)

TNO en RIVM ontwikkelen universele indicatorenset voor een gezonde leefomgeving

21 mei 2025

4 minuten

Analyse Hoe maak je een leefomgeving gezond? Steeds meer gemeenten, provincies en projectontwikkelaars willen hier actief aan werken, maar weten niet altijd waar te beginnen. TNO en RIVM sloegen de handen ineen en presenteren een basisset indicatoren. De set helpt professionals bij het meten, monitoren en verbeteren van een gezonde leefomgeving.

“We zien dat iedereen het over een gezonde leefomgeving heeft, maar wat is dat nou eigenlijk?,” zegt Jolanda Keijsers, senior business consultant bij TNO. "Om die vraag te beantwoorden, begon TNO ruim een jaar geleden met het RIVM aan de ontwikkeling van een universele indicatorenset als gedeelde standaard voor alle initiatieven rondom een gezonde leefomgeving." Dat het thema hoog op de agenda staat bij gemeenten, provincies en gebiedsontwikkelaars komt mede door de nieuwe Omgevingswet die op 1 januari 2024 van kracht werd. Gemeenten zijn hiermee verantwoordelijk geworden voor het stimuleren van en investeren in een gezonde leefomgeving voor al hun inwoners. Extra uitdagend hierbij is dat veel nieuwe woningbouw juist gepland staat in gebieden waar de gezondheid nu al onder druk staat.

Landelijke standaard

Op kleinere schaal worden op verschillende plekken al lijsten met indicatoren gebruikt. In Utrecht scoort het binnenstedelijke project Cartesius hoog op gezondheidsaspecten door vanaf het begin rekening te houden met factoren als bewegen, ontmoeten en groen. Daarmee sluiten de ontwikkelaars bij de gemeentelijke ambitie voor een gezonde stad. En projectontwikkelaar BPD werkt bijvoorbeeld al met een zelfontwikkelde aanpak. "Maar er ontbreekt nog een gedeelde standaard," vertelt Keijsers. "Het zou mooi zijn als we kunnen zeggen: dit zijn de belangrijkste aspecten waar je naar moet kijken en rekening mee kunt houden."

Basisset indicatoren gezonde leefomgeving door TNO en RIVM (bron: TNO en RIVM)

De 12 doelen met voor enkele doelen langs geselecteerde thema’s de indicatoren uitgelicht. Voor alle indicatoren zijn landelijk dekkende data of kaarten beschikbaar.

‘Basisset indicatoren gezonde leefomgeving’ (bron: TNO en RIVM)


Er zijn 12 doelen voor een gezonde leefomgeving (GLO) vastgesteld. Onder elk van deze doelen vallen thema’s en daaraan gekoppelde indicatoren. Onder de doelstelling ‘Gezonde Fysieke Leefomgeving’ vallen bijvoorbeeld thema’s als geluid en luchtkwaliteit. Als indicator voor luchtkwaliteit kan dan vervolgens gekozen worden voor blootstellingsgemiddelde (buurt)fijnstof. In totaal zijn er zo’n 30 indicatoren voor een Gezonde Leefomgeving (GLO) benoemd. Voor alle indicatoren zijn landelijk dekkende data of kaarten beschikbaar. De gezamenlijke indicatorenset maakt onderdeel uit van het Programma Gezonde Leefomgeving van het RIVM, waarin samen met TNO wordt gewerkt aan het vertalen van kennis naar bruikbare instrumenten voor de praktijk. TNO en RIVM bouwen hierbij voort op een bestaande tool waarmee gemeenten gebieden kunnen vergelijken.

Oog voor beleving

Een belangrijke vernieuwing in deze set ten opzichte van andere lijsten met indicatoren is volgens de twee partijen dat er ook aandacht is voor de belevingsaspecten van gezondheid. Dit gaat vaak om gezondheidsaspecten waar nog geen normering voor bestaat. “We weten bijvoorbeeld dat bijna één op de twee Nederlanders gevoelens van eenzaamheid heeft,” vertelt Keijsers. “Dus het wordt steeds belangrijker om in gebiedsontwikkeling na te denken over ruimte voor ontmoeting.”

Juist voor kleinere gemeenten is een compleet pakket met indicatoren dat direct bruikbaar is, erg waardevol

Dit vraagt om een andere manier van werken, vooral in kleinere gemeenten, vult Brigit Staatsen aan. Zij is senior onderzoeker gezonde leefomgeving bij het RIVM: “Mensen uit het sociale en gezondheidsdomein zijn niet gewend om te werken met professionals uit het ruimtelijke domein. Deze set indicatoren helpt om het gesprek aan te gaan en die werelden bij elkaar te brengen.”

Verschillende gebieden, verschillende uitdagingen

De set moet bruikbaar zijn voor verschillende type gebieden. “In landelijke gebieden spelen andere vraagstukken dan in de stad,” legt Staatsen uit. “Denk aan geur van veehouderijen of het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Voor deze aspecten hebben we nog niet altijd goede landelijk dekkende data.” Ook de implementatie vraagt maatwerk. “Grote gemeenten hebben vaak eigen datavoorzieningen en indicatoren,” vertelt Keijsers. “We kijken nu hoe we ervoor kunnen zorgen dat systemen op elkaar aansluiten en data makkelijker gedeeld kunnen worden. Juist voor kleinere gemeenten is een compleet pakket met indicatoren dat direct bruikbaar is, erg waardevol.”

Bij de ontwikkeling van de indicatorenset was de vertaling van een breed thema als gezonde leefomgeving naar concrete, bruikbare indicatoren de grootste uitdaging. “We hebben veel discussie gehad over het achterliggende denkkader,” vertelt Staatsen. “Wij hebben immers allemaal een bepaalde achtergrond en daaraan gelieerde termen qua denken en spreken. Dat zorgde in onze samenwerking soms voor interessante en uitdagende gesprekken.” Toch hebben de ontwikkelaars van de indicatorenset ervoor gekozen om niet eindeloos te blijven onderzoeken en verfijnen. “Het gaat vooral om het in gang brengen van de beweging. Dat de indicatoren misschien nu nog niet helemaal zaligmakend zijn en nog verfijning vragen – daar kunnen we dan verder aan werken,” zegt Keijsers.

Vaste plek

Bij deze doorontwikkeling wordt het werkveld actief betrokken, benadrukken de twee partijen. Tijdens twee recente webinars hebben professionals vanuit gemeenten, GGD's en het ruimtelijk domein (projectontwikkelaars, ontwerpers) meegedacht over de indicatoren. Hun input over bijvoorbeeld de bruikbaarheid in verschillende gebieden wordt meegenomen in de doorontwikkeling. De basisset wordt dit jaar verder ontwikkeld en getest. “We nodigen projectontwikkelaars en gemeenten actief uit om mee te denken en te experimenteren,” zegt Staatsen. “Want juist door deze set in de praktijk te gebruiken, ontdekken we hoe we gezondheid écht een vaste plek kunnen geven in gebiedsontwikkeling.”


Platform31 organiseert op 25 juni, samen met onder andere het RIVM, de bijeenkomst GezondInnovatie Werkplaats: gezondheid en ruimte in landelijk gebied.


Cover: ‘Fietspad langs fruitbomen in bloesem, Betuwe’ door Wolf-photography (bron: Shutterstock)


Jolanda Keijsers door Jolanda Keijsers (bron: LinkedIn)

Door Jolanda Keijsers

Sr. Business Consultant TNO Health & Work | Editorial Board ICT&Health | UMC Utrecht Member Client Councel

Brigit Staatsen door Brigit Staatsen (bron: LinkedIn)

Door Brigit Staatsen

Senior-onderzoeker Healthy Living Environment RIVM


Meest recent

Fietspad langs fruitbomen in bloesem, Betuwe door Wolf-photography (bron: Shutterstock)

TNO en RIVM ontwikkelen universele indicatorenset voor een gezonde leefomgeving

Hoe maak je een leefomgeving gezond? TNO en RIVM sloegen de handen ineen en presenteren een basisset indicatoren. De set helpt professionals bij het meten, monitoren en verbeteren van een gezonde leefomgeving.

Analyse

21 mei 2025

Stadsveteraan, Amsterdam door AM (bron: AM)

Zo is (sociale) woningbouw voor senioren in de stad wél mogelijk

De vergrijzing neemt toe, maar het aantal seniorenwoningen groeit nauwelijks door hoge kosten en weinig beschikbare grond. Twee Amsterdamse sociale woonconcepten voor senioren lukt het wél. Wat valt hiervan te leren?

Uitgelicht
Casus

21 mei 2025

Surveillance Software in Tallinn door Gorodenkoff (bron: Shutterstock)

De opmars van AI, dit is een routekaart voor toekomstbestendige steden

De opkomst van AI zorgt voor nieuwe ontwikkelingen rondom stedelijk beleid en beheer. Internationaal onderzoek brengt in kaart hoe 250 steden wereldwijd de mogelijkheden van AI verkennen of dit al inzetten om complexe uitdagingen aan te pakken.

Onderzoek

20 mei 2025