2013.02.13_Transitiemanagement voor duurzame stedelijke ontwikkeling

Transitiemanagement voor duurzame stedelijke ontwikkeling

13 februari 2013

3 minuten

Opinie Steden hebben te kampen met vraagstukken als afhankelijkheid van schaarse grondstoffen, milieu-impact en sociale ongelijkheid. Juist de stedelijke schaal lijkt ook ideaal om deze duurzaamheidsuitdagingen te adresseren, dankzij de concentratie van mensen, bedrijvigheid en innovativiteit. Wereldwijd onderschrijven lokale bestuurders en beleidsmakers dit en formuleren ze ambitieuze doelen en agenda’s voor hun steden.

Ervaringen van vijf Europese steden

Nood voor verandering

Ze worden echter geconfronteerd met de beperkingen van beschikbare beleidsinstrumenten. De overheid is slechts één van de spelers: hoe kunnen ze allerlei bedrijven, bewoners en organisaties betrekken bij deze ambitie? Bovendien zijn de problematiek en onderliggende patronen diep verankerd in onze maatschappij; eenvoudige oplossingen bestaan niet. Een transitie is nodig, een fundamentele omslag van manieren van denken, organiseren en doen. Zo’n transitie is onmogelijk af te dwingen, maar hoe kan die worden gestimuleerd en beïnvloed?

Onderliggende uitgangspunten voor stedelijk transitiemanagement
De volgende uitgangspunten zijn verweven door alle fases van de transitiemanagement-aanpak:

- Systeemdenken. Verschillende domeinen, schaalniveaus en actoren zijn verstrengeld. Benader daarom uitdagingen vanuit verschillende invalshoeken en heb oog voor onderliggende patronen en verbindingen. Dat doet recht aan de complexiteit en geeft dieper inzicht in problemen en kansen.

- Systeeminnovatie. Incrementele verbetering is niet voldoende, echte vernieuwing gaat om fundamentele veranderingen in manieren van denken en werken. Maak daarom ruimte om voorbij het gangbare te denken en tegen de stroom in te gaan met strategisch ingezette korte-termijnprojecten.

- Diversiteit en flexibiliteit. De toekomst is niet voorspelbaar en zeker niet planbaar. Houd verschillende paden open en zoek een diversiteit aan perspectieven op.

- Co-creatie. Geen enkele actor kan alleen de duurzaamheidsuitdagingen aan. Zeker voor gemeenten geldt daarom dat andere rollen moeten worden opgezocht. Maak er naast het reguliere beleidstraject werk van om partijen mee te nemen in de zoektocht naar een duurzame toekomst; niet paternalistisch, noch bij wijze van inspraak, maar in co-creatie.

- Sociaal en institutioneel leren. Beschouw leren als een doel op zich: reflectie is nodig om nieuwe wegen in te kunnen slaan. Het gaat zowel om het leren van elkaar om tot nieuwe inzichten en oplossingen te komen, het leren over de waarde van ideeën door ze in de praktijk te brengen (al dan niet op bescheiden schaal) en het leren van deze nieuwe werkwijzen om te zorgen dat inzichten strategisch verankerd kunnen worden.

- Ruimte maken voor niches. Hoge ambities zijn onbereikbaar als gezocht wordt naar consensus met belanghebbenden. Kies daarom voor koplopers en veranderaars als startpunt en probeer hen te versterken, hun energie te bundelen en daarmee anderen aan te steken.

Om steden die met dit type vragen worstelen te helpen heeft Drift (Dutch Research Institute For Transitions, Erasmus Universiteit Rotterdam) de transitiemanagement-aanpak toegespitst op de stedelijke context. De aanpak start met de vorming van een stedelijk netwerk van vernieuwers en veranderaars. In een reeks bijeenkomsten werken zij aan een scherpe (her)formulering van de uitdagingen, een gezamenlijk ambitieus toekomstperspectief en een agenda die de veranderingsdynamiek richting die toekomst versterkt en versnelt. Dit leidt tot nieuwe initiatieven en samenwerkingen en de start van een verbreding, zodat een bredere groep de denk- en werkwijze van de agenda doorvertaalt naar hun eigen strategie en acties.

Met deze aanpak creëren lokale overheden kansen om in te spelen op de veranderkracht van de samenleving. De deelnemende vernieuwers en veranderaars krijgen de ruimte om voorbij het gangbare te werken. Door de combinatie van top-down- en bottom-upstrategieën wordt tegelijkertijd hun innovatiekracht versterkt en worden structurele aanpassingen nagestreefd.

In Europa

Vijf Europese steden hebben transitiemanagement omarmd om te werken aan hun hoge klimaatambities: Aberdeen, Gent, Ludwigsburg, Montreuil en Rotterdam. De steden hebben zich verenigd in het door Interreg gefinancierde MUSIC-project (Mitigation In Urban areas, Solutions for Innovative Cities). Naast Drift werkt hierin ook het Henri Tudor Instituut uit Luxemburg mee, dat de steden ondersteunt met energiekaarten en scenario’s die worden ontwikkeld in GIS.

In 2013 zullen de vernieuwingsnetwerken in Aberdeen en Montreuil hun transitieagenda nog lanceren. In Gent, Ludwigsburg en Rotterdam is dat al gebeurd en wordt er vooral aandacht besteed aan de doorwerking hiervan: het mobiliseren van een bredere groep en het ondersteunen van initiatieven die eruit voortkomen. Daarnaast werken de steden samen met Drift aan het vastleggen en verspreiden van de opgedane ervaringen. Tussentijdse inzichten staan beschreven in de Guidance Manual over transitiemanagement in stedelijke context, het verhaal van Gent is ook opgetekend in de publicatie Inspiratie uit doorbraken. Wordt vervolgd…

Chris Roorda, onderzoeker/adviseur stedelijke en regionale transities bij Drift, Erasmus Universiteit Rotterdam.
t: +31 (0)10-4088824 e: roorda@drift.eur.nl u: www.drift.eur.nl

Foto bij artikel: Initiatief Gents Klimaatverbond: Een warmtefoto van de Gentse daken om de groepsaankoop van dakisolatie te stimuleren

Zie ook:


Cover: ‘2013.02.13_Transitiemanagement voor duurzame stedelijke ontwikkeling’


Portret - Chris Roorda

Door Chris Roorda

onderzoeker/adviseur stedelijke en regionale transities bij Drift, Erasmus Universiteit Rotterdam


Meest recent

Zonnepanelen op het dak van een gebouw door Richie Quintyne NVEST (bron: shutterstock)

Duurzame energie in de regio, een passend ontwerp begint bij de goede vraagstelling

In de eerste ronde Regionale Energiestrategieën ging het ook over ruimtelijke kwaliteit. Hoe landen ingrepen in de energie-infrastructuur in onze omgeving? PBL en Royal HaskoningDHV plozen de plannen door en formuleren lessen & tips.

Uitgelicht
Onderzoek

25 april 2024

sportcampus Zuiderpark, Den Haag door Menno van der Haven (bron: shutterstock)

Wat is goed in de ruimtelijke ordening?

De vraag ‘wat is een goede ruimtelijke ordening?’ wint aan gewicht nu we als samenleving meer ambities hebben dan er aan ruimte beschikbaar is. Alle reden voor een nadere reflectie, door hoogleraren Marlon Boeve en Co Verdaas.

Uitgelicht
Analyse

24 april 2024

Centrum Haarlem door Maykova Galina (bron: shutterstock)

Lokaal kijken naar de lange termijn, de visie en ervaringen van Willem Hein Schenk

In het boekje Sturen op Stadsarrangementen deelt architect Willem Hein Schenk de inzichten die hij verkreeg met zijn podcastserie de Haarlem Sessies. In een interview vertelt hij wat zijn belangrijkste lessen zijn: “Kijk naar de lange termijn”.

Interview

24 april 2024