Thumb_infra energie algemeen_0_1000px

Duurzaamheidsfanatisme vraagt om alternatief

5 februari 2010

3 minuten

Nieuws De berichtgeving over duurzaamheid en klimaat bereikte afgelopen decembermaand een hoogtepunt. Vanzelfsprekend werd dat ingegeven door de klimaattop in Kopenhagen. Maar ook nu weer vielen een paar dingen op in het debat over duurzaamheid en klimaat. Duurzaamheidsgoeroes domineren het publieke debat. Dat is goed, want zij bevorderen veranderingen om onze attitude en handelen te enten op duurzame toekomst van onze planeet. Dat ze daarbij optimisme uitstralen is ook goed. Maar waar ze niet aan voorbij mogen gaan is de realiteit; niet alleen waar het de toestand van het klimaat (planet) betreft, maar vooral ook de beleving en betrokkenheid van mensen (people) en de financieel-economische aspecten (profit) van noodzakelijke maatregelen.

De marathontelevisieuitzending Voorbij Kopenhagen ter gelegenheid van de klimaattop in Denemarken legde dit genadeloos bloot. Deelnemers waren Annemarie Rakhorst (directeur-eigenaar van Search), Jan Rotmans (hoogleraar Duurzame Transities) en oud-minister Pieter Winsemius. Rakhorst en Rotmans putten zich uit in een bijna grenzeloos optimisme. Kernpunten van hun betoog: ‘de mensen willen nu duurzaamheid; de regering blijft achter’ en ‘met duurzaamheid is geld te verdienen’ (zes maal herhaald). Op enig moment houdt Winsemius het niet meer en wijst hij op de dilemma’s waarvoor wij het komende decennium komen te staan, bijvoorbeeld dat duurzame oplossingen geld kosten, veel geld. Ook als afschrijvingstermijnen van investeringen worden verlengd. En willen ‘de mensen’ wel duurzaamheid? Enquête-onderzoek voor deze tv-uitzending liet immers zien dat de bereidheid om te betalen voor duurzaamheid bij ‘de mensen’ niet erg groot is. Een andere aanwijzing dat wij vraagtekens kunnen plaatsen bij het brede draagvlak voor duurzaamheid zijn de opvatting van de PVV over de klimaatkwestie. De club van Geert Wilders kan momenteel bogen op ruime aanhang onder de Nederlandse bevolking. De PVV spreekt stelselmatig over klimaathysterie - ten onrechte overigens - en ziet niets in het bijvoorbeeld fiscaal stimuleren van duurzame mobiliteit.

Duurzaamheidgoeroes redeneren in absolute termen. Rotmans bijvoorbeeld: ‘over duurzaamheid en klimaat kan je geen compromissen sluiten’ en ‘we hebben een totaal andere economie nodig’. Een dergelijke absolutistische benadering zien we ook bij aanhangers van de cradle to cradle (C2C) filosofie, waarvan het sluiten van de stoffenkringloop het op zichzelf zinnige kernpunt vormt. Naar aanleiding van kritische publicaties over C2C werden mijn collega en ik uitgenodigd door de directie van tapijtfabriek Desso. Dit bedrijf is bezig de C2C-filosofie geheel te integreren in de bedrijfsprocessen. De manier waarop men dat doet dwingt bewondering af. Maar het semi-religieuze karakter van de C2C kwam tot uiting in de poging om ons als nieuwe ambassadeurs van deze kringloopfilosofie te werven. C2C is weliswaar geschikt voor het maken van materialen en ‘eenvoudige’ producten. Het is echter ongeschikt voor gebiedsontwikkeling. De RMNO-publicatie Cradle to Cradle en duurzame gebiedsontwikkeling die afgelopen december verscheen, is bij mijn weten de derde poging om de vertaling van de C2C naar gebiedsontwikkeling te maken. En weer is het niet gelukt.
Het is daarom urgent dat wij vanuit de sector voor gebiedsontwikkeling een duurzaamheidsaanpak ontwikkelen die een bruikbaar alternatief biedt. Ingrediënten van deze brede benadering hebben wij in beeld: het gaat niet alleen over materialen en energie, maar ook over bodem, water, natuur en landschap, mobiliteit en transport, cultuurhistorie en identiteit. Praktijkvoorbeelden hebben we te over. In afwijking van onze groene goeroes en de C2C benadering gaat ‘onze benadering’ niet alleen uit van de opgave waarvoor we staan, maar erkent ze ook de dilemma’s. Ze houdt rekening met economische haalbaarheid én met maatschappelijk draagvlak, behoeften en meningen van gebruikers: burgers en bedrijven. Om deze benadering kort, overtuigend en praktisch bruikbaar op papier te zetten, dat is een mooi werkje voor 2010.

Mr. Friso de Zeeuw is directeur Nieuwe Markten van Bouwfonds en praktijkhoogleraar Gebiedsontwikkeling aan de TU Delft


Cover: ‘Thumb_infra energie algemeen_0_1000px’


Friso de Zeeuw door - (bron: gebiedsontwikkeling.nu)

Door Friso de Zeeuw

Adviseur gebiedsontwikkeling en emeritus hoogleraar gebiedsontwikkeling TU Delft


Meest recent

Jewel Changi vliegveld in Singapore door Em Campos (bron: Shutterstock)

Natuur in de stad als een technologisch vraagstuk

Hoe kan technologie helpen om onze steden op een zinvolle manier groener te maken? Nadina Galle schreef hierover het boek ‘De natuur van onze steden’.

Verslag

7 oktober 2024

Windmolen naast de rivier de Ijssel door Maarten Zeehandelaar (bron: Shutterstock)

Ruimte voor de Rivier als ruimtelijke gids voor de energietransitie

De energietransitie vraagt naast technische oplossingen vooral ook om ruimtelijke antwoorden. Wat kan je leren van een programma als Ruimte voor de Rivier? Dat probeert TNO Vector te achterhalen in het programma Ruimte voor Energie.

Analyse

7 oktober 2024

Files in Amsterdam tijdens spits door Martin Bergsma (bron: Shutterstock)

Mobiliteitssturing met slimme ‘arrangementen’, die conflicten in de stad voorkomen

De auto en de stad, hoe kan dat huwelijk met goede voorwaarden tot stand komen? Daan van Egeraat en Friso de Zeeuw reiken mobiliteitsarrangementen aan die de boel in goede banen moet leiden.

Opinie

4 oktober 2024