Kanaleneiland Utrecht door Teun van den Ende (bron: Teun van den Ende)

Erfgoed en leefbaarheid: lessen voor de wijkaanpak?

2 oktober 2025

6 minuten

Onderzoek Leefbaarheid is een van de centrale thema’s bij gebiedsontwikkeling. Het begrip is al door veel verschillende brillen bekeken, maar de combinatie met cultureel erfgoed is nog niet vaak gelegd. Onderzoeker Teun van den Ende ging in opdracht van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) heel Nederland door om het antwoord te vinden op de vraag: welke rol speelt het cultureel erfgoed in de leefbaarheid van een wijk?

De afgelopen vier maanden vroeg Teun van den Ende tientallen bewoners in zes steden hoe zij tegen hun wijk aankijken en welke plekken voor hen belangrijk zijn. Denk aan openbare plekken waar een diversiteit van bewoners elkaar kruist en ontmoet. Maar ook aan clubhuizen die specifieke groepen bewoners trekken en waar gemeenschappen elkaar opzoeken. De activiteiten die er plaatsvinden variëren: van sport en spel tot het organiseren van voedselhulp die mensen die in (extreme) armoede leven (even) door hun benarde situatie heen helpt. Hoewel het niet altijd ‘gezellig’ is op dit soort plekken, zijn ze wel van grote betekenis. Want overal waar mensen samenkomen ontstaan verbindingen met andere wijkbewoners die de kracht van een wijk zichtbaar en voelbaar maken.

Op bezoek in zes steden

Gebiedsontwikkeling.nu publiceert de komende weken in een serie artikelen de belangrijkste ervaringen en inzichten van het onderzoek van Teun van den Ende. Hij bezocht Rotterdam-Zuid (Tarwewijk, Bloemhof en Hillesluis), Wielwijk in Dordrecht-West, Velve-Lindenhof in Enschede, Kanaleneiland in Utrecht, Bos en Lommer/De Baarsjes in Amsterdam en Angelslo en Emmerhout in Emmen. Dit is het eerste verhaal uit de serie, dat dient als inleiding en inhoudelijke plaatsbepaling.

De politieke aandacht voor leefbaarheid in wijken is onderhevig aan politieke schommelingen. De terminologie verschilt door de tijd: ‘krachtwijken’, ‘aandachtswijken’, of, zoals ze soms nog genoemd worden: probleemwijken of achterstandswijken. Het eerste Rijksbeleid stamt uit 1985-1989 en heette ‘probleemcumulatiegebiedenbeleid', gevolgd door het grotestedenbeleid in de jaren 1990. Tussen 2007 en 2010 kreeg het wijkenbeleid een impuls onder de PvdA-ministers Ella Vogelaar (bekend van de zogenoemde Vogelaarwijken) en Eberhard van der Laan.

Wisselend beleid

In de twaalf jaar erna, onder de kabinetten Rutte I t/m III, bestond er geen wijkenbeleid. Het enige ‘nationale probleemgebied’ dat in tussenliggende jaren kon blijven rekenen op geld vanuit het Rijk, was Rotterdam-Zuid. Het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid (NPRZ) werd in 2011 opgericht, met een looptijd van twintig jaar. Naar voorbeeld van het NPRZ werken Rijk en gemeenten sinds 2022 in 20 gebieden met elkaar samen onder de paraplu van het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid (NPLV).

Angelslo in Emmen door Teun van den Ende (bron: Teun van den Ende)

‘Angelslo in Emmen’ (bron: Teun van den Ende)


In het kader van dit wisselende beleid wil de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) weten of cultureel erfgoed een positieve bijdrage kan leveren aan de leefbaarheid in wijken en zo ja: op welke manieren. Het onderzoek is bewust breed ingestoken en gaat zowel over woningen en publieke gebouwen als over de openbare ruimte. Aan welke plekken in hun wijk hechten bewoners waarde en in hoeverre komt die waarde overeen met de al dan niet ‘erkende’ erfgoedwaarden? En verandert er ook iets als eigenaren gebouwen slopen of renoveren en de gemeente de openbare ruimte aanpakt? De RCE wil de kennis hierover verdiepen om gerichter te kunnen investeren in cultureel erfgoed dat bewoners verbindt en verder helpt. Het doel is om van het verleden te leren: wat heeft er wel of niet gewerkt en, belangrijker nog: waarom?

De onderzochte wijken

Een onderzoek naar de samenhang tussen cultureel erfgoed en leefbaarheid vanuit een langetermijnperspectief wordt al snel omvangrijk en complex. Om het project overzichtelijk te houden, is het onderzoek toegespitst op zes wijken in evenzoveel steden. Die zes wijken komen voort uit een lange lijst van wijken uit heel Nederland, waar problemen zijn (geweest) met de leefbaarheid. Met het oog op de spreiding over het land en een diversiteit in stedenbouwkundige typologieën, selecteerde de RCE uit deze lijst 22 wijken, in drie categorieën.

Deze categorieën zijn vervolgens ingedeeld op basis van erfgoed- en leefbaarheidsaspecten. De eerste categorie wijken bezit veel of weinig erfgoedwaarden, de gemene deler is dat de leefbaarheid over langere tijd onder druk staat. De tweede categorie bestaat uit voormalige aandachtswijken die inmiddels goed functioneren, zonder ‘erkend’ erfgoed. In de derde categorie vallen de wijken die ook qua leefbaarheid zijn verbeterd, met veel erfgoed. Delen ervan zijn bijvoorbeeld aangewezen als beschermd stadsgezicht of er zijn veel monumenten aangewezen.

Velve-Lindenhof in Enschede door Teun van den Ende (bron: Teun van den Ende)

‘Velve-Lindenhof in Enschede’ (bron: Teun van den Ende)


Uit de drie categorieën selecteerde Van den Ende elk twee wijken voor het onderzoek. De twee wijken die nu (nog altijd) onderdeel zijn van de nationale aanpak op het gebied van leefbaarheid en veiligheid zijn Wielwijk (Dordrecht) en Tarwewijk, Bloemhof en Hillesluis in Rotterdam-Zuid. Velve-Lindenhof in Enschede en Kanaleneiland in Utrecht zijn twee wijken met relatief weinig cultureel erfgoed waar de leefbaarheid in de afgelopen jaren is verbeterd. Bos en Lommer/De Baarsjes (Amsterdam) en Angelslo en Emmerhout (Emmen) zijn wijken met juist veel erfgoedwaarden, waar de leefbaarheid eveneens is verbeterd.

‘Harde’ data

Om vat te krijgen op de ontwikkeling van de leefbaarheid in een wijk verzamelde de RCE vooraf de meest relevante data op wijk- en buurtniveau. Die data zijn samengesteld door het CBS en de Leefbarometer, die een groot aantal kenmerken van de woonomgeving meet, zoals het type voorzieningen, de lokale geluidsbelasting en de onveiligheid. Door data te verzamelen, komt de (multi-)problematiek in beeld. Neerwaartse trends kunnen bovendien een signalerende functie hebben en beleidsmakers waarschuwen voordat een wijk afglijdt.

Data-gedreven onderzoek kan de realiteit dus tekortdoen, waardoor groepen bewoners tekortgedaan worden

Toch vormen deze ‘harde’ data, zoals WOZ-waarden, criminaliteitscijfers of percentages schoolverlaters, nooit het hele verhaal. Sterker nog, door te veel waarde toe te kennen aan geografische data kunnen problemen ontstaan, zoals onderzoek van NRC naar de Rotterdamse wijk Schiebroek in 2024 aantoonde. In het zuidelijk deel van de wijk bleek een opeenstapeling van problemen te zijn. Maar dat was in de statistieken nooit opgevallen omdat ze systematisch op een hoop waren gegooid met het welvarender deel van de wijk Schiebroek en de dure wijk Hillegersberg.

Gecombineerde aanpak

Data-gedreven onderzoek kan de realiteit dus tekortdoen, waardoor groepen bewoners evenzeer tekortgedaan worden. Het voeren van gesprekken te voeren met buurtbewoners voorkomt deze valkuil. De tweede fase van het onderzoek, die voortborduurt op de data, bestond daarom uit gesprekken met ‘sleutelpersonen’ per wijk. Sleutelpersonen zijn bewoners die goed zicht hebben op de ontwikkeling in hun wijk. Sommigen verdienen hun brood met werk dat ten goede komt aan de wijk, anderen spreken in de eerste plaats uit ervaring als bewoner.

Wielwijk Dordrecht door Teun van den Ende (bron: Teun van den Ende)

‘Wielwijk Dordrecht’ (bron: Teun van den Ende)


Met het onderzoek in slechts zes wijken is het onmogelijk een complete analyse van de relatie tussen erfgoed en leefbaarheid te geven. Wel is het mogelijk om in de thematiek aan te sluiten op andere inspirerende studies, zoals bijvoorbeeld de ‘Atlas Westelijke Tuinsteden’ (Ivan Nio, Arnold Reijndorp, Wouter Veldhuis, 2008), ‘Krachtwijken met Karakter’ (Ruimtelijk Planbureau, 2008) en ‘Cultuurhistorie in de stedelijke vernieuwing van de 40 aandachtswijken’ (College van Rijksadviseurs, 2011).

Geen alternatieven

Deze en andere onderzoeken geven inzicht en bieden kaders om het wijkenbeleid op te beoordelen. Dat beleid stuurt soms op de in- en uitstroom van bewoners zodat mensen hun woonplek bewust kiezen op basis van hun wensen en eisen. In kwetsbare wijken belanden echter (te) grote groepen mensen ‘per toeval’, bij gebrek aan alternatieven. Zeker nu, in de oververhitte woningmarkt, is dat het geval. Juist in die wijken kunnen plekken die in dienst staan van de gemeenschap een belangrijk verschil maken. Door te kijken de ogen van sleutelpersonen in de wijken en te luisteren naar hun verhalen is het mogelijk indrukken daarvan te vormen.


Cover: ‘Kanaleneiland Utrecht’ (bron: Teun van den Ende)


Portret - Teun van den Ende

Door Teun van den Ende

Zelfstandig schrijver / onderzoeker en onderzoeksjournalist Bouwende Stad bij Vers Beton

Marcel Ijsselstijn door Marcel Ijsselstijn (bron: LinkedIn)

Door Marcel Ijsselstijn

Onderzoeker Stedenbouw & Cultuurlandschap bij Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed


Meest recent

Kanaleneiland Utrecht door Teun van den Ende (bron: Teun van den Ende)

Erfgoed en leefbaarheid: lessen voor de wijkaanpak?

Onderzoeker Teun van den Ende ging in opdracht van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed heel Nederland door om het antwoord te vinden op de vraag: welke rol speelt cultureel erfgoed voor de leefbaarheid van een wijk?

Uitgelicht
Onderzoek

2 oktober 2025

Luchtfoto van Sneek, Friesland door Thomas Roell (bron: Shutterstock)

Politieke partijen eensgezind over noodzaak van echte keuzes in het ruimtelijk domein

Tijdens het Nationaal Ruimtelijk Verkiezingsdebat gingen zes aspirant-kamerleden in debat over de grote en urgente opgaven waar Nederland voor staat. Hoe wordt de stilstand op tal van dossiers doorbroken?

Verslag

1 oktober 2025

Luchtfoto van Veldhoven door Aerovista Luchtfotografie (bron: Shutterstock)

Twintig jaar SKG: kennis voor en door de sector

Van een initiatief vanuit een dozijn betrokkenen is SKG in 20 jaar tijd uitgegroeid tot een stevige netwerkorganisatie. Een mooi moment om met het bestuur de balans op te maken.

Uitgelicht
Interview

30 september 2025

Uw gastbijdrage op GO.nu: Over gastbijdragen

Uw gastbijdrage op GO.nu

Wij staan open voor bijdragen uit wetenschap en praktijk. Wij moedigen auteurs aan hun kennis en ervaring te delen.

Over gastbijdragen
Uw project toevoegen: Ga naar de GO-Projectenkaart

Uw project toevoegen

Wilt u graag een gebiedsontwikkeling toevoegen aan de GO-projectenkaart? Vul dan via onderstaande link het formulier in.

Ga naar de GO-Projectenkaart
Uw organisatie bij de SKG: Ga naar de SKG-website

Uw organisatie bij de SKG

Uw organisatie aansluiten op het netwerk van de Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling? Neem dan contact op.

Ga naar de SKG-website
Uw bijeenkomst in de agenda: Neem contact op

Uw bijeenkomst in de agenda

U kunt uw gebiedsontwikkeling-gerelateerde evenement aankondigen via onze agenda door contact op te nemen met de redactie.

Neem contact op