Onderzoek Hoe pas je een gebouw aan dat niet alleen nú werkt, maar ook klaar is voor een andere toekomst? TU Delft-promovendus Mohammad Hamida ontwikkelde een praktisch kader dat helpt om gebouwen circulair en aanpasbaar te transformeren.
Het idee voor Mohammad Hamida’s onderzoek ontstond tijdens zijn master in Saoedi-Arabië, waar hij nadacht over herbestemmingsprojecten van leegstaande woningen. Hij zag hoe verouderde panden met slimme ingrepen weer waardevol konden worden. “In plaats van slopen kun je een gebouw ook aanpassen aan nieuwe functies. En als je dat goed doet, kun je dat later nóg een keer doen. Of nóg een keer.”
Die gedachte vormt de basis voor zijn promotieonderzoek aan de TU Delft. Zijn missie: gebouwen zo transformeren dat ze langer meegaan en minder grondstoffen verspillen. Daarbij koppelde hij twee werelden aan elkaar: circulair bouwen en aanpasbaar ontwerpen. Hij bedacht er zelfs een nieuw begrip voor: Circular Building Adaptability (CBA). “Het gaat om gebouwen die je kunt aanpassen aan nieuwe functies, en die zo in elkaar zitten dat onderdelen herbruikbaar zijn.”
Een gebouw dat meebeweegt
Volgens Hamida gaat CBA over gebouwen die zowel fysiek als functioneel flexibel zijn. Fysiek flexibel betekent: gebouwd met onderdelen die je makkelijk losmaakt en opnieuw gebruikt. Functioneel flexibel betekent: ontworpen voor meerdere functies en configuraties. “Denk aan een kantoor dat later een school wordt, of een woongebouw dat verandert in een mix van zorgfaciliteiten en andere functies,” zegt Hamida. “Als je daar in het ontwerp al rekening mee houdt, voorkom je dat een gebouw na tien jaar alweer verouderd is.”
Circulair en aanpasbaar ontwerpen vraagt dus om keuzes vooraf. Zoals standaardisatie van onderdelen, modulaire plattegronden en installaties die je makkelijk kunt verplaatsen. “Je bouwt voor het nu én voor wat er over twintig jaar nodig kan zijn.” Om zijn ideeën te onderbouwen, onderzocht Hamida vijf Nederlandse praktijkprojecten. Van een gymzaal die een kantoor werd tot een oud bankgebouw met meerdere functies. “Deze projecten fungeerden als proefprojecten. Hier kon ik goed onderzoeken welke strategieën werken, welke niet en waarom.”
Simpel maar doeltreffend
In totaal identificeerde hij 33 strategieën om woningen te transformeren, en bracht de obstakels en succesfactoren in kaart. De strategieën gaan over allerlei oplossingen, van demontabele wandpanelen en tweedehands installaties tot ontwerpprincipes voor multifunctionele ruimtes. Daarbij bestudeerde hij niet alleen de techniek, maar ook alles wat bij het proces en de samenwerking tussen partijen komt kijken.
Ontwikkelaars hebben geen tijd om lange rapporten te lezen. Ze willen concrete voorbeelden en praktische handvatten
“Sommige oplossingen zijn simpel maar doeltreffend. Zoals systeemplinten met kabels en leidingen die je makkelijk losmaakt en opnieuw gebruikt. Of installatiewanden die verwarmen én geluid isoleren. Andere strategieën blijken juist lastiger, bijvoorbeeld vanwege regelgeving of hoge kosten en twijfels over de kwaliteit van tweedehands materialen.” Alle inzichten verwerkte Hamida in het zogeheten CBA-AR framework: een hulpmiddel voor ontwerpers, ontwikkelaars en andere praktijkprofessionals. “Daarmee kun je zien welke mogelijkheden je hebt om een gebouw circulair en aanpasbaar te transformeren.”
Samenwerking als sleutel
Hamida testte zijn framework in de praktijk bij een herbestemmingsproject in Delft, waar een oud kantoorgebouw zal worden omgevormd tot bedrijfsverzamelgebouw. “We pasten strategieën toe zoals het hergebruik van bestaande elementen en tweedehands meubels. Dat lukte, zelfs binnen de eisen van Arbo en regelgeving. Dat laat zien dat het kan, als je er bewust voor kiest.” Toch zag Hamida ook ruimte voor verbetering. “Ontwikkelaars hebben geen tijd om lange rapporten te lezen. Ze willen concrete voorbeelden en praktische handvatten. Daarom heb ik van mijn framework een website gemaakt waarop alle strategieën overzichtelijk terug te vinden zijn.”
Volgens Hamida draait CBA niet alleen om techniek, maar ook om samenwerking. “Je hebt een gedeelde visie nodig en de ruimte om te experimenteren. Vooral de wil om te veranderen, dus.” In het Delftse project werkte hij samen met een ontwikkelaar die circulariteit hoog op de agenda had staan. “Dat helpt enorm. Als alle betrokkenen hetzelfde doel voor ogen hebben, kun je stappen zetten.” Hamida vindt dat circulariteit geen extraatje moet zijn, maar standaard onderdeel van duurzaam en toekomstgericht bouwen. “We slopen nog te vaak gebouwen die technisch prima in orde zijn. Dat is zonde.” Hamida hoopt verder dat zijn onderzoek impact heeft buiten de academische wereld: “We gaan bijvoorbeeld een Nederlandse vertaling van de website maken, zodat het nog beter aansluit bij de praktijk hier.”
In deze video legt Mohammad Hamida het belang van adaptief hergebruik uit, evenals de afhankelijkheid ervan van complexe sociale dynamiek en opkomende fenomenen. Hij introduceert ook het concept van circulaire gebouwaanpassing (Circular Building Adaptability /CBA) en het CBA-model, een conceptueel raamwerk dat de potentie bevordert van elke adaptieve hergebruiksinterventie om waarde toe te voegen aan gebouwen.
Lees het proefschrift Circular and Adaptable Building Transformation op de website van de TU Delft.
Cover: ‘NDSM Wharf, Amsterdam’ door Henk van Dijk (bron: shutterstock)