Boek Participatie door Menno van der Veen (bron: Menno van der Veen)

“Grenzen en drempels voor burgerparticipatie blijven ondoorzichtig in Groningen”

29 september 2021

3 minuten

Casus Stadsontwikkeling, identiteit en participatie zijn in de moderne Europese stad onlosmakelijk met elkaar verbonden, maar het karakter van die verbintenis is in elke stad anders. In het boek Participate! Portraits of Cities and Citizens in Action beschrijven de auteurs de resultaten van vijf jaar onderzoek naar participatie en stedelijke ontwikkeling. Groningen is een van de steden die centraal staat in het boek.

In het boek, dat afgelopen zomer uitkwam, laten de schrijvers zien hoe het zelfbeeld van Europese steden terugkomt in hun benadering van stadsontwikkeling. In zes portretten wordt de, volgens de auteurs complexe, wereld van stedelijke ontwikkeling, identiteit en participatie in Berlijn, Hamburg, Parijs, Lyon, Amsterdam en Groningen ontleed en worden per stad de aansprekende en minder geslaagde voorbeelden van burgerparticipatie geschetst.

G-1000

Groningen wordt door de vier auteurs omschreven als een stad waar de burgerparticipatie van ver heeft moeten komen. Van de sloop van cultureel centrum De Harmonie in de jaren 70, waarbij ondanks protesten vanuit de bevolking het stadsbestuur toch besloot het gebouw tegen de vlakte te gooien, tot de bouw van het Groninger Museum in de jaren 80 en de herinrichting van de Grote Markt in de jaren 90. Tot begin deze eeuw kwamen de participatieprocessen op de bekende ladder van Arnstein niet verder dan de informeren- en consultatietrede.

Twee vergelijkbare initiatieven met één groot verschil: de steun vanuit de Groningse lokale overheid

Maar die tijd is veranderd, is de rode draad van het hoofdstuk. Net als in andere Nederlandse steden werd de stem van burgers in stedelijke ontwikkelingsprocessen deze eeuw steeds luider. En waar de participatietrajecten tot 10 jaar geleden vooral werden gedomineerd door gemotiveerde professionals, zorgde het G-1000 initiatief er vanaf 2015 voor dat de gemeente Groningen meer en meer open ging staan voor participatietrajecten die vanuit de inwoners van de stad zelf kwamen.

Ondoorzichtig

De vraag die de auteurs zichzelf in het boek stellen: heeft deze verandering in denken de positie van de burger in de Groningse participatieprocessen ook echt verbeterd? Om die vraag te kunnen beantwoorden, zijn twee verschillende trajecten uit de stad geanalyseerd. In het Toentje-project produceerden vrijwilligers op een braakliggend stuk grond op duurzame en professionele wijze verse groenten en kruiden voor de Groningse voedselbank. Met de Vinkmobiel konden ouderen uit de Groningse wijk Vinkhuizen ondanks het wegbezuinigen van de buslijn toch op pad omdat ze door vrijwilligers werden rondgereden in elektrische voertuigen.

Er is voor burgerinitiatieven geen gelijk speelveld

Twee vergelijkbare initiatieven met één groot verschil: de steun vanuit de Groningse lokale overheid. Waar Het Toentje vanaf het begin goed werd ondersteund door de politiek en ambtenaren, liep dat voor de Vinkmobiel heel anders. Want ondanks dat Groningen openstaat voor burgerparticipatie blijven de grenzen en drempels voor burgerparticipatie volgens de onderzoekers ondoorzichtig. Ambtenaren kunnen in interviews niet goed uitleggen waarom project A wel de steun heeft gekregen, terwijl die steun bij project B juist werd ingetrokken.

Willekeur

De auteurs concluderen dat de Groningers de afgelopen tien jaar veel meer mogelijkheden tot participatie hebben gekregen. De gemeente staat veel meer open voor initiatieven en burgers worden meer en meer gehoord. Bij het platform Burgerinitiatieven Gemeente Groningen zijn bijna 200 initiatieven aangesloten. Maar toch, zo stellen de onderzoekers, is er voor burgerinitiatieven geen gelijk speelveld. Dat tonen de casussen van Toentje en de Vinkmobiel aan.

Hoe dat kan en wat die drempels en grenzen zijn? Dat blijft ook voor de onderzoekers gissen. Zaken die in de ene casus als argument voor de steun vanuit de gemeente werden gegeven, werden in de andere casus als tegenargument gepresenteerd. Het feit dat de regels in het proces niet duidelijk zijn, leidt ertoe dat er willekeur ontstaat en dat kan zowel het niveau als de toegankelijkheid van de burgerparticipatie beïnvloeden.


Het hele hoofdstuk over Groningen is hier (pdf) te vinden. Het boek Participate! Portraits of Cities and Citizens in Action van Menno van der Veen en Jan Willem Duyvendak (ed.) is te bestellen via de website van nai010.


Cover: ‘Boek Participatie’ door Menno van der Veen (bron: Menno van der Veen)


Jasper_monster_sandervanwettum door Sander van Wettum (bron: SKG)

Door Jasper Monster

Redacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

sportcampus Zuiderpark, Den Haag door Menno van der Haven (bron: shutterstock)

Wat is goed in de ruimtelijke ordening?

De vraag ‘wat is een goede ruimtelijke ordening?’ wint aan gewicht nu we als samenleving meer ambities hebben dan er aan ruimte beschikbaar is. Alle reden voor een nadere reflectie, door hoogleraren Marlon Boeve en Co Verdaas.

Uitgelicht
Analyse

24 april 2024

Centrum Haarlem door Maykova Galina (bron: shutterstock)

Lokaal kijken naar de lange termijn, de visie en ervaringen van Willem Hein Schenk

In het boekje Sturen op Stadsarrangementen deelt architect Willem Hein Schenk de inzichten die hij verkreeg met zijn podcastserie de Haarlem Sessies. In een interview vertelt hij wat zijn belangrijkste lessen zijn: “Kijk naar de lange termijn”.

Interview

24 april 2024

Hoge Vucht, Breda door XL Creations (bron: shutterstock)

Een beter perspectief voor kansarme buurten, zo doet Breda dat

Het bieden van meer perspectief aan bewoners van kansarme wijken is geen sinecure. Lokaal kan daar het nodige voor gedaan worden, maar ook hogere overheden moeten meedoen. In Breda worden ze actief bij de problematiek betrokken.

Casus

23 april 2024