Leidsche Rijn in Utrecht door Nanda Sluijsmans (bron: Flickr)

Haast u langzaam, minister De Jonge!

23 maart 2022

6 minuten

Opinie Met Hugo de Jonge hebben we sinds kort een energieke minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, die het ene na het andere programma aankondigt om de wooncrisis op te lossen. Hoewel planoloog Jeroen Niemans de daadkracht van de minister waardeert, maakt hij zich zorgen over de nadruk op kwantiteit. “De Jonge is tot nu toe nog vooral minister voor Bouwen, ik hoop dat hij ook snel uit de kast komt als minister voor Ruimtelijke Ordening.”

Een goede stuurman geeft richting. Hij weet waar hij heen wil, en zoekt hoe wij daar komen. Een goede stuurman is waar het vakgebied van wonen en ruimtelijke ordening op hoopt nadat het door het Rijk een beetje is verwaarloosd sinds het opheffen van het ministerie van VROM in 2012.

Is De Jonge de stuurman waar we op hopen? Wie de eerste plannen van de minister bekijkt, komt niet heel erg veel nieuws tegen. Het lijkt vooral een samenvatting van allerlei beleid en plannen die de afgelopen jaren al zijn ingezet. Zoals de grote woningbouwlocaties die zijn aangewezen, de regionale woondeals et cetera. Een beetje oude wijn in nieuwe zakken. Maar Hugo de Jonge legt daarbij de lat wel een stuk hoger. Er moet meer en sneller gebouwd worden. In de reacties, zoals die van Raoul du Pré in het redactioneel van de Volkskrant van 13 maart, lijken twee dingen de boventoon te voeren: het draait om kwantiteit (sturen op aantallen) en om doordrukken; juridische interventies en bestuurlijke escalatie.

De keerzijde van daadkracht

Wie begin 2022 op een willekeurige ochtend de krant openslaat, komt meerdere artikelen tegen die gaan over grote, ruimtelijke opgaven. Over de woningcrisis. Over onenigheid over hoe de stikstofcrisis op te lossen. Over het energienet dat overbelast is. Over protest tegen datacenters, grote distributiecentra of windmolens. De ochtendkrant illustreert de stapeling van grote, ruimtelijke opgaven. Dat levert een ingewikkelde puzzel op, niet alleen omdat voor bestaande en nieuwe functies ruimte moet worden gevonden, maar ook omdat daarbij rekening moet worden gehouden met de samenhang tussen de verschillende typen ruimtegebruik. Wanneer ik met die gedachte in het achterhoofd kijk naar de eerste daadkrachtige en op het oog stoere stappen van Hugo de Jonge, dan maak ik me wel zorgen. Om drie redenen.

1: Loket gesloten

Allereerst is het loket eenvoudige oplossingen al lang gesloten. Recent maakte Henk Heeger, adviseur bij woningcorporatie Havensteder, een op LinkedIn veel gedeeld schema met tientallen blokjes en pijltjes waarin hij oorzaken, consequenties en oplossingen voor het tekort aan betaalbare woningen schetst. Inderdaad, een behoorlijk ingewikkeld schema, dat alleen nog maar gaat over betaalbare woningen.

Er is dus niet zomaar een knop waar je aan kan draaien om de woningcrisis te lijf te gaan, zoals sommigen in de politiek suggereren. De verhuurderheffing afschaffen en een zelfbewoningsplicht instellen helpen slechts een beetje, je moet aan meerdere knoppen tegelijkertijd draaien. Of zoals Bas van Rijsbergen, directeur Stedelijke Ontwikkeling bij de gemeente Breda, het laatst in een live interview tijdens een bijeenkomst van de VNG vertelde: “In Breda hebben we aan wel 85 knoppen gedraaid in het kader van de verstedelijkingsaanpak.”

2: Verstedelijking is meer dan bouwen

Het tweede punt is het verschil tussen een woningbouwopgave en een verstedelijkingsopgave. Dat laatste gaat niet alleen om woningen bouwen, maar om een integrale aanpak, gericht op kwaliteit in plaats van alleen kijken naar kwantiteit.

Gemeenten zuchten onder beperkte middelen, onderbezette afdelingen en gebrek aan tijd

In mijn eigen Utrecht is voor mij bijvoorbeeld de toegevoegde waarde van de Vinexwijk Leidsche Rijn voor de stad, naast een groot aantal woningen, ook een geweldig stadspark waar Utrechters het kanaal dat tussen Leidsche Rijn en de oude stad ligt graag voor oversteken. De overkapping van de snelweg A2, maar ook nieuwe recreatieplassen, de verdubbeling van het bos rond kasteel De Haar en zo kan ik nog wel even doorgaan. Dit heeft Utrecht allemaal te danken aan de bouw van Leidsche Rijn. Dat is verstedelijking, en daar hebben we meer aan dan alleen maar woningbouw. De Jonge is tot nu toe nog vooral minister voor Bouwen, ik hoop dat hij ook snel uit de kast komt als minister voor Ruimtelijke Ordening.

3: Gemeenten versterken

Mijn laatste zorgpunt ligt bij de gemeenten. Juist als je meer regie vanuit Den Haag wil laten zien, heb je die gemeenten heel hard nodig. Die maken de plannen van De Jonge concreet, die maken de afspraken met de woningcorporaties, die passen het omgevingsplan aan zodat er gebouwd kan worden. Een cruciale rol in de woningbouwopgave, waarbij de gemeente bij uitstek de plek is om verschil te maken. De rol van de gemeenten moet niet verworden tot de uitvoeringsorganisatie van het ministerie waarbij ver weg vanuit Den Haag plannen worden verzonnen die in gemeenten moeten landen.

Bouwplaats in Nijmegen door Marcel Rommens (bron: Shutterstock)

‘Bouwplaats in Nijmegen’ door Marcel Rommens (bron: Shutterstock)


Maar gemeenten piepen en kraken in het fysiek domein (VNG, pdf). Ze zuchten onder beperkte middelen, onderbezette afdelingen en gebrek aan tijd. Verschillende gemeenten hebben al een stop afgekondigd op nieuwe plannen omdat ze die niet meer aankunnen. Toen de gemeente Beuningen in 2020 bekendmaakte dat er 3.000 woningen bij moesten komen, kwamen er zoveel bouwplannen bij de gemeente binnen dat die het niet meer kon verwerken en daarom een tijdelijk stop invoerde.

En Beuningen is daar niet uniek in. Ook in steden als Nijmegen, Zwolle en Breda, waar flinke ambities zijn om stevig mee te bouwen en een grote bijdrage te leveren aan de benodigde miljoen woningen in de komende tien jaar, is de capaciteit om deze opgave tot een goed einde te brengen beperkt. Het succes van de minister ligt grotendeels in handen van de decentrale overheden. De knelpunten daar los je niet zomaar op met een bouwagenda. Dat vraagt langdurige versterking van de lokale praktijk.

Wat helpt ons wel verder?

Ik heb meer behoefte aan een minister die denkt in termen van gebiedsontwikkeling en daarmee opgaven in samenhang benadert, dan aan een minister van bouwen. Om dat voor elkaar te krijgen zou de focus van het Rijk in de eerste plaats gericht moeten zijn op betere interdepartementale afstemming en ontkokering van financieringsstromen. Ook is er structureel geld nodig voor gemeenten, in plaats van incidenteel geld zoals die in het kader van de bouwagenda beschikbaar komt.

Regie is korte termijn en lange termijn in balans brengen

Dat is wat mij betreft de basis voor de gewenste regie, een vorm van regie waarbij we ruimte geven aan gemeenten en regio’s om slimme combinaties tussen opgaven te bedenken. Hierbij wil ik Hugo de Jonge dan ook oproepen het sturen op kwantiteit en het doordrukken van woningbouwplannen te weerstaan. En dus ook bijvoorbeeld de oproep van bouwer Dura Vermeer, die tijdens de presentatie van haar jaarcijfers over 2021 pleit voor ‘spoedwetgeving’ om de status quo op de woningmarkt te doorbreken.

Regie is korte termijn en lange termijn in balans brengen. Het Rijk heeft een verantwoordelijkheid die lange termijn te bewaken. En daar kaders voor te geven, die ruimte bieden aan gemeenten om binnen die kaders slimme oplossingen uit te werken in de uitvoering. De volgorde waarin De Jonge nu zijn programma’s uitrolt lijkt vooral politiek gestuurd. Eerst een bouwagenda, dan pas de grote lijnen uitzetten in de aanscherping van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Dat lijkt me een kwetsbare volgorde.


Cover: ‘Leidsche Rijn in Utrecht’ door Nanda Sluijsmans (bron: Flickr)

Wilt u reageren op dit artikel of een gastbijdrage voor Gebiedsontwikkeling.nu schrijven over een ander onderwerp? Bekijk dan hier de mogelijkheden.


Jeroen Niemans door Jeroen Niemans (bron: LinkedIn)

Door Jeroen Niemans

Jeroen Niemans is planoloog en werkt als adviseur bij Hiemstra & de Vries


Meest recent

Centrum Haarlem door Maykova Galina (bron: shutterstock)

Lokaal kijken naar de lange termijn, de visie en ervaringen van Willem Hein Schenk

In het boekje Sturen op Stadsarrangementen deelt architect Willem Hein Schenk de inzichten die hij verkreeg met zijn podcastserie de Haarlem Sessies. In een interview vertelt hij wat zijn belangrijkste lessen zijn: “Kijk naar de lange termijn”.

Interview

24 april 2024

Hoge Vucht, Breda door XL Creations (bron: shutterstock)

Een beter perspectief voor kansarme buurten, zo doet Breda dat

Het bieden van meer perspectief aan bewoners van kansarme wijken is geen sinecure. Lokaal kan daar het nodige voor gedaan worden, maar ook hogere overheden moeten meedoen. In Breda worden ze actief bij de problematiek betrokken.

Casus

23 april 2024

Bovenbouwwerkplaats Wisselspoor, Utrecht door Synchroon (bron: Synchroon)

Van Werkspoor naar Wisselspoor, transformatie met de menselijke maat

Een voorheen afgesloten spoorterrein aan de rand van de Utrechtse binnenstad krijgt een nieuwe invulling. Synchroon herontwikkelt het gebied tot Wisselspoor, met de Cityplot als structurerend principe.

Uitgelicht
Casus

23 april 2024