Op elk balkon van de Trudo Toren staat een plantenbak voor bomen en struiken. Dit is wereldwijd het eerste natuurinclusieve bouwproject voor de sociale huursector door Rosanne de Vries (bron: shutterstock.com)

Maak Nederland natuurinclusief, stapje voor stapje

21 september 2022

8 minuten

Persoonlijk Het lijkt tegenstrijdig maar juist de natuur kan heel goed bijdragen aan de kwaliteit van onze gebouwde omgeving. Gemeenten en marktpartijen zijn aan zet om de natuur een volwaardige plaats te geven in gebiedsontwikkelingen. Dat kan topdown met dwang en regels maar meer effect valt te verwachten van een eigen ambitie op dit vlak – aan publieke én private kant. En van samenwerking.

In ons land vol ingenieurs vertrouwen we traditioneel graag op techniek en technische systemen. Te veel regenwater moet in bufferkratten en buizen, koelte komt uit de airconditioning en schaduw van het zonnescherm. En we pompen water rond om droogte te voorkomen – soms over grote afstanden. We lijken vergeten te zijn dat Moeder Natuur toch veel slimmer is dan wij. De natuur levert vaak in haar simpelste vorm de beste oplossing. Zo geeft die ene boom ons schaduw, slaat ze al dat regenwater met gemak op en vangt het af en ze verkoelt ons via de verdamping van haar bladeren. All-in one.

Groener inrichten

Door in onze steden en dorpen de natuur op een slimme manier in te zetten, kunnen we gebruik maken van de kracht van Moeder Natuur. Natuurinclusief ontwikkelen maakt onze leefomgeving klimaatadaptief. Als we onze openbare ruimte en gebouwen groener inrichten, worden deze bestendig tegen wateroverlast, zorgen we voor verkoeling en bestrijden we hittestress. En door water vast te houden, worden de effecten van droge periodes tegengegaan.

Volwaardige plaats

Om te profiteren van alle waarde die de natuur kan brengen in de gebouwde omgeving kunnen gemeenten en ontwikkelaars samen verschillende stappen zetten om de natuur een volwaardige plaats te geven in gebiedsontwikkeling. Dat loopt uiteen van het duidelijk stellen van doelen tot het samenwerken aan groene groei van de gemeente. De inzet moet zijn een natuurinclusieve gemeente. Dat is een dynamische groene, gezonde en aantrekkelijke gemeente waar mensen graag willen wonen, werken en recreëren. Simpelweg omdat structurele aandacht voor de natuur een leefomgeving creëert waarin mensen graag verblijven.

We lijken vergeten te zijn dat Moeder Natuur toch veel slimmer is dan wij. De natuur levert vaak in haar simpelste vorm al de beste oplossing

Er zijn in het verlengde daarvan genoeg redenen te bedenken waarom een gemeente natuurinclusiviteit een prominente plek in gebiedsontwikkeling moet geven:

  • Natuurinclusief bouwen maakt de gemeente klimaatadaptief. Openbare ruimte en gebouwen worden bestendig tegen wateroverlast. Hittestress en droogte worden voorkomen.
  • Natuurinclusief bouwen zorgt ervoor dat iedere gebiedsontwikkeling bijdraagt aan een gezond functionerend stedelijk ecosysteem.
  • Het zorgt voor meer biodiversiteit en ieder gebied maakt onderdeel uit van de ecologische structuur van de gemeente.
  • Natuur in de gebouwde omgeving zorgt voor besparing van energie (de natuur koelt, niet een apparaat) en een reductie van CO2 (opname door groen).

Nieuwe manier van denken

In de manier van denken over leven met water en natuur is in Nederland de afgelopen tijd veel veranderd. Van ‘bouwen’ naar ‘bouwen met de natuur’ en van ‘de strijd tegen het water’ naar ‘ruimte voor water’. Klimaatverandering is een belangrijke reden voor die nieuwe manier van denken en de vraag naar ruimte voor onder meer woningen en duurzame energie maken een andere aanpak noodzakelijk. De druk op bodem, water en biodiversiteit vragen om een fundamenteel andere manier van gebiedsontwikkeling waarin de natuur een prominente plek krijgt.

Stad van de toekomst. Harmonie van stad en natuur. door Danila Shtantsov (bron: Shutterstock)

‘Stad van de toekomst. Harmonie van stad en natuur.’ door Danila Shtantsov (bron: Shutterstock)


Andersom geredeneerd: wanneer we de natuur géén ruimte geven in de ruimtelijke ordening, leven we straks in een verdichte en stenige omgeving. Daarin sterven dieren en planten uit, is de luchtkwaliteit slecht en ervaren we volop natte voeten en hittestress. De natuur en lokale ecologie (de bodem, water, flora en fauna) moeten daarom de basis zijn voor gebiedsontwikkeling. Niet alleen door hier rekening mee te houden bij waar en hoe gebieden te ontwikkelen, maar ook door iedere ontwikkeling op te pakken als kans om de biodiversiteit en het adaptieve vermogen te verbeteren. Maar hoe realiseren gemeenten en gebiedsontwikkelaars toekomstbestendige gebieden?

Duidelijke kaders

Het is in eerste instantie de maatschappelijke verantwoordelijkheid van gemeenten om het voortouw te nemen in transitie naar natuurinclusieve steden en dorpen. In gebiedsontwikkeling is de medewerking van marktpartijen noodzakelijk. Door duidelijke kaders in natuurinclusief en klimaatadaptief beleid aan te geven, kan de gemeente marktpartijen verplichten een groenblauwe leefomgeving en te realiseren en daar financieel aan bij te dragen. Bovendien wordt zo gebruik gemaakt van alle ruimte die beschikbaar is. Niet alleen de publieke omgeving en publiek vastgoed dragen bij, maar ook de private groene gevels, tuinen en daken.

Natuurinclusief en klimaatadaptief ontwikkelen gaat niet om de gebouwen of de omgeving maar om een integrale aanpak

Voor gemeenten is het essentieel om private partijen vanaf de start van een nieuwe gebiedsontwikkeling mee te krijgen in de natuurinclusieve ambities. Achteraf komt de rekening namelijk al snel te liggen bij de lokale overheid. En zoals wel vaker het geval is: voorkomen is beter dan genezen. Niet in de laatste plaats omdat dit tot extra kosten voor de gemeenschap zal leiden.

Maatschappelijke rol

Niet alleen gemeenten hebben echter een maatschappelijke verantwoordelijkheid. Dit geldt ook voor gebiedsontwikkelaars, zeker als we afgaan op de manier waarop steeds meer ontwikkelaars zich in het publieke debat profileren. En dat is terecht: door natuurinclusief te ontwikkelen dragen zij bij aan een gezonde leefomgeving van de toekomst. Een ontwikkelaar die bijdraagt aan de doelstellingen van de gemeente om te zorgen voor een leefbare, bestendige en groene omgeving voor haar burgers, laat zich zien als waardevolle partner.

Vrijblijvendheid voorbij

Inmiddels worden lokaal de eerste ervaringen opgedaan. Bij projecten in Amsterdam zien we sinds de invoering van het natuurinclusief beleid en het begeleidende puntensysteem dat ontwikkelaars elkaar overtroeven. Ze gaan voor de hoogst mogelijke score om een tender te winnen. Er wordt niet slechts het minimale gedaan om de punten te behalen, maar alle mogelijke maatregelen worden toegevoegd aan de plannen.

Natuurinclusief Stedelijk wonen door Nanda Sluijsmans (bron: Flickr.com)

‘Natuurinclusief Stedelijk wonen’ door Nanda Sluijsmans (bron: Flickr.com)


Waar Amsterdam en Den Haag de eerste gemeentes waren met zo’n natuurinclusief puntensysteem, zijn vele andere gemeentes, zoals Groningen, Delft en Tilburg gevolgd met hun eigen beleid en verplichtingen voor ontwikkelaars. En vele gemeentes hebben een soortgelijk beleid in de maak. Verder wordt er gewerkt aan een landelijke standaard voor de beleidsaanpak en beoordelingssysteem. Het is dus geen kwestie meer van vrijblijvendheid, maar een verplichting die gemeentes opleggen en waar ontwikkelaars straks gewoon overal rekening mee moeten houden.

Duidelijkheid gevraagd

Onze leefomgevingen toekomstbestendig maken is een opgave die door gemeentes dus van bovenaf kan worden afgedwongen. Duidelijk is evenwel ook dat steeds meer ontwikkelaars (en hun financiers) hier zélf de waarde van inzien. Ze verlangen wel echter duidelijkheid van publieke zijde in wat er van hen gevraagd wordt en welke maatregelen ze moeten nemen om de juiste bijdrage te leveren. Dat is een uitstekende aanleiding voor een publiek-private samenwerking rondom inclusiviteit. In vijf stappen kunnen gemeenten en gebiedontwikkelaars in gezamenlijke toekomstbestendig ontwikkelen met de natuur.

1. Creëer een langetermijndoelstelling (gemeente)

De eerste stap is het in kaart brengen van de huidige situatie in de gemeente. Daarbij wordt een natuurkaart gemaakt waarop het groenblauwe netwerk wordt weergegeven. Daarnaast worden de belangrijke ecologische waardes toegevoegd en wordt verbeeld welk type ecotopen er zijn en waar doelsoorten hun habitat vinden.

Vanuit die basis wordt een visie gecreëerd. Hoe ziet de natuurkaart van de toekomst er uit? Wat moet er worden opgelost en wat kan er verbeterd worden? Welke ecologische structuren moeten behouden blijven en waar moeten ze versterkt worden? Hiermee kunnen algemene doelstellingen worden geformuleerd en deze worden kan meegenomen in de omgevingsvisie van de gemeente.

2. Stel duidelijke richtlijnen en kaders per gebied (gemeente)

Het is aan de gemeente om duidelijkheid te verschaffen. Op basis van de omgevingsvisie die duidelijke overall doelstellingen benoemt, moeten per ontwikkelgebied heldere richtlijnen afgegeven worden over hoe natuurinclusief en klimaatadaptief te ontwikkelen. Dit betekent onder andere duidelijkheid over welke groenblauwe structuren in het gebied moeten worden gehandhaafd en versterkt worden, welke doelsoorten een habitat moeten kunnen vinden in het gebied en welke klimaat-adaptieve doelstellingen er zijn voor onder meer waterbuffering, het tegengaan van droogte en tegen hittestress. Oplossingen vanuit de natuur, zoals bomen, struiken, groene daken en gevels, moeten leidend zijn om zo veel mogelijk bijkomende ecosysteemdiensten te realiseren. Denk aan een gezonde, beweegvriendelijke omgeving, CO2-opslag en schonere lucht. Zo kan de gemeente vanaf het begin van het ontwerpproces duidelijk maken welke doelstellingen er zijn om de leefomgeving toekomstbestendig te maken.

3. Bepaal welke impact je als gebiedsontwikkelaar wil maken

Onderzoek de nulsituatie. Welke waterlopen zijn er, welk groen is waardevol en relevant? Wat niet? Onderzoek de locatie op het gebied van ecologie, bodem, water, regen, hitte, de eisen van de gemeente, et cetera. Zorg voor ecologisch onderzoek naar kansen en verplichtingen en neem dit mee in de planning. Combineer de kansen en verplichtingen vervolgens met de plannen voor de ontwikkeling in het gebied. Hoe gaat de natuur in dit gebied bijdragen aan de leefomgeving van de doelgroep(en) van dit gebied? Zorg ervoor dat de markt niet alleen een woning of kantoor realiseert, maar een plek om te leven en te zijn. Bepaal daarmee de projectdoelstellingen en welke impact partijen willen maken op mens en dier.

4. Werk samen aan de realisatie (gemeente en ontwikkelaars)

Natuurinclusief en klimaatadaptief ontwikkelen gaat niet om de gebouwen of de omgeving maar om een integrale aanpak. Het is dus belangrijk dat zowel de private ontwikkeling als het te realiseren publieke domein goed op elkaar aansluiten. Samenwerken om te zorgen dat er voldoende water gebufferd wordt, er complete habitats ontstaan voor dieren door een goed samenspel tussen gebouwen en omgeving, en dat alle oppervlaktes optimaal benut worden, is daarbij cruciaal.

Vaak realiseert en financiert de ontwikkelaar het plan en wordt vervolgens de gemeente eigenaar van de omgeving. Zo wordt de gemeente verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud. En daar gaat het nog weleens mis. Zo is er bijvoorbeeld een aantal keer een voedselbos direct na oplevering weggemaaid door de gemeentelijke onderhoudsdiensten. Zonde van al het werk en de investering en natuurlijk een gemiste kans om die waardevolle biodiverse omgeving te creëren! Het is daarom extra belangrijk om goed samen te werken en de ontwerpen in een vroeg stadium af te stemmen. Zo zorgen partijen er samen voor dat de natuur ook goed onderhouden kan worden.

Zorg ervoor dat de markt niet alleen een woning of kantoor realiseert, maar een plek om te leven en te zijn

Wanneer het beheer niet in de standaard werkwijze van de gemeente past, kan dit zorgen voor extra kosten. Het toekomstig beheer moet dan afgekocht worden. Gemeente en ontwikkelaars moeten dit in een vroeg stadium afstemmen om ervoor te zorgen dat wat ze realiseren van blijvende waarde zal zijn. Daarbij zal ook door de gemeente moeten worden gekeken naar nieuwe toevoegingen aan haar beheerhandboeken en werkwijzes. Zo maakt zij het mogelijk dat al het diversere groen dat er door natuurinclusieve ontwikkelingen verwacht kan worden ook goed onderhouden zal worden.

5. Ga voor groene groei (gemeente en ontwikkelaars)

Iedere gebiedsontwikkeling biedt dus een kans om de leefomgeving in de gemeente toekomstbestendiger te maken. De natuur kan daar volop bij helpen. Zo kan iedere gebiedsontwikkeling bijdragen aan een klimaatadaptieve stad waarin de natuur wordt ingezet voor een betere leefomgeving. Een stad waar mensen en dieren willen en kunnen wonen. Groene groei van de stad zorgt op die manier voor een klimaatadaptieve stad die toekomstbestendig is.

Vanaf september is het mogelijk voor teams van gemeentes in de provincie Zuid-Holland om een gratis Kennissessie ‘Klimaatadaptief en Natuurinclusief Ontwikkelen’ aan te vragen. Deze wordt verzorgd door Ingrid Sloots (als Ambassadeur Natuurinclusief Bouwen) en haar collega Klaar van Etten (Klimaatadaptief Bouwen bij de Provincie Zuid-Holland). Interesse? Neem contact op via i.sloots@pzh.nl.


Cover: ‘Op elk balkon van de Trudo Toren staat een plantenbak voor bomen en struiken. Dit is wereldwijd het eerste natuurinclusieve bouwproject voor de sociale huursector’ door Rosanne de Vries (bron: shutterstock.com)


Ingrid Sloots door Ingrid Sloots (bron: Linkedin)

Door Ingrid Sloots

Ingrid Sloots is directeur en adviseur natuurinclusief bouwen bij Nest Natuurinclusief. Zij is tevens Ambassadeur Natuurinclusief Bouwen bij de provincie Zuid-Holland.


Meest recent

Shoppen door Inside Creative House (bron: Shutterstock)

Growth for good, lukt het tegengaan van klimaatverandering zónder ontgroeien?

Moeten we stoppen met groeien om werkelijk duurzaam te worden? Degrowth is niet per se dé panacee, ontdekt recensent Frank van Oort in een boek van Alessio Terzi.

Recensie

16 april 2024

Veenetië impressie door Zeinstra Veerbeek Architecten (bron: Zeinstra Veerbeek Architecten)

Veenetië: is de tijd rijp voor drijvend bouwen in de veenweidepolder?

Wanneer kunnen we Veenetië, de eerste drijvende woonwijk in veenweidegebied, verwachten? Welmoed Visser, expert water- en bodemvraagstukken in het Groene Hart, zocht uit of de tijd al rijp is voor drijvend bouwen.

Analyse

16 april 2024

Annius Hoornstra Column Cover door Esther Dijkstra (bron: Illustratie Esther Dijkstra, bewerkte foto Patrick van den Hurk)

De versnellers

Het zou wat zijn, maar toch: ze liggen klaar. Plannen voor 630.000 nieuwe woningen in de komende kabinetsperiode. Volgens columnist Annius Hoornstra zijn alleen nog wat onorthodoxe maatregelen nodig.

Opinie

15 april 2024