8 juli 2015
3 minuten
Nieuws Zonne-energie als oplossing voor gemeenten die onder druk staan in het lokale debat rondom decentrale energieopwekking? Duurzame energie is in toenemende mate een gedecentraliseerde aangelegenheid en wordt hiermee een onderwerp van discussie voor de lokale politiek. Veel gemeenten in Nederland worstelen op dit moment met veel vragen en zien verschillende uitdagingen en knelpunten ontstaan. Energiebronnen komen letterlijk dichterbij. De ruimtelijke beslagname van duurzame energiebronnen illustreert dit.
Taakstelling
Gemeenten kunnen richting geven aan oplossingen en hebben een grote invloed op de uiteindelijke keuze van de toegepaste energiebronnen. Hoewel ze lang niet altijd zelf initiatiefnemer zijn, heeft zij nog steeds een verantwoordelijkheid in het faciliteren van dergelijke projecten, het stellen van de juiste randvoorwaarden en het afgeven van vergunningen. Het is ook één van doelstellingen in het SER Energieakkoord. Het SER Energieakkoord bevestigt de trend dat gemeenten meer vrijheid krijgen om het naar eigen inzicht te organiseren, maar met een zwaarder takenpakket zelf ook het succes van hun beleid bepalen.
Zonne-energie domineert het lokale ruimtelijke energiedebat
Door de toenemende differentiatie van lokale vormen van energieopwekking neemt de druk op de ruimte toe. Denk hierbij aan de impact van bioenergie en windmolens op de omgeving en de uiteenlopende zorgen en bezwaren die hieruit volgen. Vanuit dit besef zien gemeenten zonne-energie als een goed alternatief, waarbij ruimtelijke inpassing een belangrijk issue blijft.
De mate van succes van gemeenten met zonne-energieprojecten is zeer uiteenlopend. Uit de Gemeentelijke Barometer Fysieke Leefomgeving, een jaarlijkse onderzoek van Royal HaskoningDHV en VNG onder de Nederlandse gemeenten, blijkt uit het onderdeel “Energie en Klimaat” dat zonne-energie een prominente plaats heeft gekregen in het ruimtelijk beleid van gemeenten.
Alternatieven blijven achter
Wat ook opvalt uit het onderzoek, is dat zonne-energie andere energiebronnen (zoals wind- en bio-energie) voorbij streeft. 52% van de gemeenten geeft aan in ruimtelijke plannen (Structuurvisie, Masterplan, Stedenbouwkundigplan en/of Inrichtingsplan) rekening te houden met de potentie voor zonne-energie in het gebied. Windenergie en bio-energie blijven met 23% ver achter. Zonne-energie staat daarom als onderwerp zo hoog op de agenda bij diverse afdelingen van de gemeente.
Uit deze derde editie van het onderzoek blijkt dat de lokale bestuurders en hun ambtenaren hoge verwachtingen hebben van zonne-energie in hun gemeenten. Het merendeel van de gemeenten geeft ook aan dat de potentie van het SER Energieakkoord juist te vinden is in de realisatie van zonne-energie.
Herijking van RO beleid is urgent
Bestemmingen zijn voor veel gemeenten om diverse redenen een heikel punt. In sommige gevallen gaat het om het behoud van bestemmingen (bijv. agrarisch), maar steeds vaker komen tijdelijke bestemmingen en bestemmingswijzigingen ter sprake. De kaders die de gemeenten hierin stelt, zijn cruciaal voor de mogelijke ontwikkeling van duurzame energieprojecten. Uit de Barometer blijkt dat 31% van de gemeenten vindt dat aanpassing van haar RO-beleid een urgente noodzaak is.
Publieke acceptatie zorgt voor draagvlak
Er is grote publieke acceptatie en dus draagvlak voor zonne-energie blijkt uit de Barometer (een kleine 4% van de gemeenten verwacht maatschappelijke spanningen en weerstand bij zonne-energie). Dit ligt wel anders bij bio-energie en windenergie. Visuele aspecten zoals de impact op het landschap en de zichtbaarheid van de energiebron spelen hierin een belangrijke rol, omdat ze invloed hebben op de identiteit van het gebied. Om die reden is het van belang om vroegtijdig energieoplossingen mee te nemen in een beeldkwaliteitsplan, zodat er een juiste aansluiting tussen de gekozen locatie en de omgeving ontstaat. Uit ervaring blijkt dat de voorkeur voorlopig uitgaat naar het benutten van braakliggend terrein en loze ruimten rondom infrastructuur (taluds, oksels) in plaats van bruikbare landbouwgrond.
Andere randvoorwaarden en succesfactoren
Consequenties voor gemeenten gaan verder dan de ruimtelijke aspecten. Denk hierbij aan organisatorische, financiële en juridische aspecten bij de ontwikkeling en uitvoering van dergelijke initiatieven. Ook deze onderwerpen staan hoog op de agenda. Onze opinie op deze aspecten zullen wij in latere publicaties delen.
Auteurs: Jantine Zwinkels en Cuno Grootscholten, Royal HaskoningDHV
Cover: ‘2015.07.08_Zonne-energie hoog op de ruimtelijke agenda bij gemeenten_660’