2014.02.12_Aanpak Vogelaarwijk_180

Aanpak Vogelaarwijk vergt meer dan rationeel plannen

12 februari 2014

2 minuten

Onderzoek Rationeel plannen en uitvoeren van herstructureringen in Vogelaarwijken klinkt als een logische strategie, maar deze werkt niet. De praktijk is daarvoor te weerbarstig, constateert promovendus Arne van Overmeeren (Real Estate & Housing). Hij pleit voor een flexibele aanpak op maat en in overleg. Een corporatie die klinkende resultaten wil boeken moet zich bekwamen in meerdere benaderingen en moet die afstemmen op de eigen organisatie, maar ook de omgeving.

In zijn promotieonderzoek bekeek Van Overmeeren de veranderingen in het voorraadbeleid van woningcorporaties. Pakweg twintig jaar geleden was dat puur gericht op woningen bouwen of renoveren, maar gaandeweg verschoof het naar brede, gebiedsgerichte ingrepen. Daarvoor moesten corporaties de bakens verzetten: ze moesten samenwerking zoeken met partijen in de wijken en hun aanpak verbreden naar sociale en economische activiteiten. Inzoomen op Vogelaarwijken was wat hem betreft logisch. “Daar zie je gebiedsgericht voorraadbeleid echt in beeld.”

Van Overmeeren deed literatuuronderzoek en een pilot-onderzoek in Schiedam (Woonplus). Op basis daarvan formuleerde hij een vijftal methoden om het voorraadbeleid te beschrijven: rationele planning, incrementele planning, politieke planning, collaboratieve planning en maatschappelijke planning. De geformuleerde methoden toetste hij in een enquête en casestudies bij Com•wonen en de Alliantie.

Zijn conclusie: voorraadbeleid is het resultaat van een mix van planningsbenaderingen en -elementen. “Rationele planning alleen werkt niet. Het is goed als uitgangspunt, om je positie duidelijk te maken”, zegt Van Overmeeren. “Maar experts kunnen niet vanaf de tekentafel de toekomst van een complexe Vogelaarwijk bepalen. Daarvoor spelen teveel belangen.”

In de Rotterdamse casestudie (Com•wonen) werd de planningsbenadering beïnvloed door krakers, in de Amsterdamse (de Alliantie) doordat de individuele benadering per bewoner leidde tot protest. Daarmee was een overlegmodel geboren.

Zowel in Vogelaarwijk Nieuwland (Schiedam) als in de Indische Buurt (Amsterdam) en in het Oude Noorden (Rotterdam) zag hij uiteindelijk alle vijf onderzochte planningsbenaderingen voorbij komen. Aan het ‘rationele’ uitgangspunt – het voorraadbeheerplan – werd al gauw geknabbeld doordat toevoeging van collaboratieve elementen onvermijdelijk was. Maatschappelijke en andere organisaties gingen meepraten. Incrementele elementen (stap-voor-stap aanpassingen) bleken vervolgens onvermijdelijk. En daarin eiste de politiek ook een rol op.

21 februari 2014 | 10:00
Plaats: Aula, TU Delft

Zie ook:


Cover: ‘2014.02.12_Aanpak Vogelaarwijk_180’



Meest recent

Meelpakhuis en Silogebouw door Corentin Haubrugge (bron: Van der Wiel Bouw)

Het tweede leven van de Leidse Meelfabriek

Ab van der Wiel werd voor gek versleten, toen hij De Meelfabriek aan de rand van de Leidse binnenstad een nieuwe bestemming wilde geven. Hij zette toch door en overwon vele weerstanden. Nu zijn levenswerk bijna is voltooid, oogst hij alom lof.

Casus

13 mei 2025

Lorient, Frankrijk door JJFarq (bron: Shutterstock)

De Tweede Wereldoorlog, op sommige plekken nog heel dichtbij en tastbaar

Gebouwen en gebieden uit de Tweede Wereldoorlog maken 80 jaar na de bevrijding nog steeds onderdeel uit van onze leefomgeving, in Nederland en de ons omringende landen. Ze zijn soms zelfs onderdeel van hergebruik- en transformatie-opgaven.

Analyse

13 mei 2025

Rinske Brand Column Cover door Esther Dijkstra (bron: Illustratie Esther Dijkstra, bewerkte foto Flore Zoe)

Met dit vergeten gereedschap realiseren overheden wél hun maatschappelijke ambities

Columnist Rinske Brand maakt zich na een recent Rotterdams voorbeeld zorgen over de positie van maatschappelijke ambities in nieuwe gebiedsontwikkelingen. De dromen uit de tenders moeten ook daadwerkelijk in de praktijk gaan landen.

Opinie

12 mei 2025