Rust Reuring Ruis door BURA urbanism (bron: BURA urbanism)

Betrek alle belanghebbenden bij ontwerpend onderzoek binnen gebiedsontwikkeling

30 maart 2021

5 minuten

Analyse Ontwerpend onderzoek kan in verschillende gedaanten en gradaties een doorslaggevende rol spelen in gebiedsontwikkeling, zo analyseert stedenbouwkundige Marco Broekman. Daarvoor is volgens hem wel commitment nodig van meerdere partijen. Van publieke partijen, marktpartijen én belangenorganisaties. “Ontwerpend onderzoek kan concrete gebiedsontwikkelingen verder helpen als dit door alle belanghebbenden gedragen wordt.”

Nederland loopt vast door gebrek aan regie en door de complexiteit van de vele ruimteclaims. Nieuwe ruimtelijke thema’s en urgente maatschappelijk opgaven vragen letterlijk en figuurlijk ruimte. Bij binnenstedelijke opgaven gaat het onder meer om de combinatie van de woningbouw, betaalbaarheid, behoud van werkgelegenheid, de energietransitie, tegengaan van segregatie, vergroening en klimaatadaptatie.

Deze stapeling van opgaven moet een plek vinden in een steeds beperktere ruimte. Omdat veel uiteenlopende belangen samengebracht moeten worden, zijn er veel partijen betrokken. Het helpt daarbij niet dat het ruimtelijk beleid is gedecentraliseerd en dat nieuwe thema’s zoals energie en stikstof tot koudwatervrees bij lokale politici leiden omdat het maatschappelijke draagvlak er vaak niet is. Daarnaast is het ruimtelijke domein verkokerd waardoor een noodzakelijke integrale benadering ontbreekt. Recente ontwikkelingen in bijvoorbeeld IJburg (windmolens), Rijnenburg (verstedelijking versus energielandschap), Sluisbuurt (fietsbrug) en Houten (verstedelijking) laten zien dat overheden, marktpartijen, burgers en belangenorganisaties soms lijnrecht tegenover elkaar staan. De keuzes worden dan al heel snel zwart-wit gepresenteerd, terwijl de opgave complexer is en er meerdere oplossingsrichtingen mogelijk zijn. We moeten op zoek naar slimme combinaties tussen opgaven en ook realistisch zijn dat niet alles ‘gestapeld’ kan worden. Daarom het motto “combineren waar kan, kiezen waar het moet” en hier komt ontwerpend onderzoek om de hoek kijken.

Stadsstraat Overtoom-Lelylaan door BURA urbanism (bron: BURA urbanism)

‘Stadsstraat Overtoom-Lelylaan’ door BURA urbanism (bron: BURA urbanism)


Dit jaar verschijnt de publicatie ‘Ontwerpen voor gebiedsontwikkeling’. Hierin bundelt de Leerstoel Gebiedsontwikkeling de inzichten uit de onderzoekslijn over de relatie tussen ruimtelijk ontwerp en gebiedsontwikkeling én kijkt zij vooruit. Het doel van deze onderzoekslijn is om meer inzicht te verschaffen over de rol en impact van ontwerp op gebiedsontwikkeling. Zodoende willen we partijen – zowel ontwerpers als andere betrokkenen bij gebiedsontwikkeling – helpen om ontwerpkunde optimaal in te zetten en daardoor gezamenlijk te werken aan oplossingen voor de integrale opgaven waar we voor staan. In aanloop naar deze publicatie verschijnt er op Gebiedsontwikkeling.nu de komende weken een aantal voorpublicaties van de gastbijdragen die in de verschillende hoofdstukken zijn opgenomen. Wilt u deze publicatie (digitaal of hardcopy) ontvangen? Of heeft u input voor de onderzoeksagenda waar we volgend jaar mee verder kunnen? Mail dan naar Jutta Hinterleitner (J.T.Hinterleitner@tudelft.nl).

Plannen, strategie, onderzoek

In de praktijk van BURA urbanism zijn concrete plannen, strategievorming en ontwerpend onderzoek als vrije denkruimte onlosmakelijk met elkaar verbonden. De kruisbestuiving tussen deze driehoek is essentieel voor de vernieuwing binnen ons bureau, maar ook voor het vak als geheel. Wij zien ontwerpend onderzoek als het geheel aan methodes dat kan worden ingezet in ontwerpprocessen, om in een open setting denkrichtingen te verkennen voor opgaven die zich nu, of in de toekomst kunnen afspelen. Met als doel om partijen bij elkaar te brengen, samen te laten werken en keuzes te maken. En die leiden tot een betere, duurzamere omgeving.

1. Concrete plannen

In concrete stedenbouwkundige plannen is de opgave veelal complex, maar locatie, opgave en opdrachtgever zijn vaak wel helder (al wisselt die laatste vaak wel door de tijd). Wij zetten ontwerpend onderzoek in om de scope van het project te vergroten of verdieping te krijgen. Of we gebruiken meer generieke inzichten op het vlak van energietransitie, klimaatadaptatie of mobiliteit bij deze projecten. Zo ontstond er tijdens het Ontwikkelplan Schieoevers Noord in Delft de wens om beter inzicht te krijgen in de voor- en nadelen van de menging van wonen en werken, en zetten wij zelf een parallel onderzoek op naar vergelijkbare casussen in binnen- en buitenland. Een belangrijke conclusie was om uit te gaan van ’gemengde zonering´ en niet overal alles in dezelfde mate te mengen. Vanuit bestaande stakeholders in het gebied was er namelijk geen draagvlak voor intensieve verticale menging, en buitenlandse casussen toonden aan dat een meer horizontale menging veel voordelen opleverden. Dit leidde later tot het principe van “rust, ruis en reuring” (MetroMix publicatie).

We moeten op zoek naar slimme combinaties tussen opgaven

2. Strategievorming

In vergelijking met concrete plannen is de opgave bij strategische projecten minder duidelijk. In de aanloop naar stedelijke strategieën worden, onder meer op basis van scenario’s, visies ontwikkeld. De inzet van ontwerpend onderzoek hierbij heeft veelal als doel om agendasettend te werken. In opdracht van Provincie Zuid-Holland hebben we door middel van interactieve ontwerpateliers met verschillende publieke partijen gewerkt aan de visie Landschapspark Zuidvleugel. Doel was om het denken over het verbeteren van het ‘vestigingsklimaat’ te verbreden naar een samenhangende visie op het stedelijk landschap. Een belangrijke uitkomst van het proces, was om de typische waterstructuren van Zuid-Holland te gebruiken als een sterke basis voor een groenblauwe netwerkmetropool. De visie is geen plan dat wordt uitgerold, maar werkt als wenkend perspectief voor bestuurders op verschillende schaalniveaus, die keuzes kunnen maken op het vlak van watergebonden bedrijvigheid, verstedelijking en vergroening. Vanuit de visie wordt nu gewerkt aan ‘pilots’ op specifieke locaties in de netwerkmetropool. In 2020 werd het "Panorama Zuid-Holland" geïnitieerd door Harm Veenenbos, waarin op twaalf thema's met een diversiteit aan partijen is gewerkt aan een twaalfluik. 

3. Ontwerpend onderzoek als vrije denkruimte

Naast concrete projecten en strategievorming werken we aan verkenningen om oplossingen te bedenken voor nieuwe, urgente thema’s. Hierdoor ontwikkelen we nieuwe kennis en vindt innovatie plaats. Dit ontwerpend onderzoek staat soms geheel los van concrete gebiedsontwikkeling. Bij de projecten Energietransitie MRA (Metropoolregio Amsterdam), De Productieve Stad (Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) en FLEX TEST ROC (het testen van bestaande ROC gebouwen in Amsterdam op flexibiliteit in gebouw, locatie en gebruik) heeft ontwerpend onderzoek als doel om meer verdieping op een onderwerp te genereren, te inspireren en van daaruit indirect beleid te beïnvloeden. Binnen dit soort trajecten komen we ook in contact met nieuwe partijen en experts, die we normaal niet zouden ontmoeten. Bij nieuwe opgaven is het van belang om verschillende kennisdomeinen te koppelen omdat nieuwe oplossingsrichtingen vaak om nieuwe verbindingen vragen.

Ontwerpend onderzoek staat niet altijd los van gebiedsontwikkeling. Wij zien dat dit vaak juist als ‘second opinion’ wordt ingezet om bestaande, lopende gebiedsontwikkelingen te voorzien van een inspirerend alternatief. Voorbeelden hiervan zijn Circulair Beurskwartier in Utrecht, De stad van de toekomst/Havenstad in Amsterdam en Stadsstraat Overtoom-Lelylaan, eveneens in Amsterdam. Het voorziet in een vrije denkruimte, die op momenten geschakeld wordt aan de concrete planvorming, en in het beste geval ook invloed heeft op de planvorming van het gebied.  

Ambities scherper krijgen

In al zijn gedaanten en gradaties kan ontwerpend onderzoek voorafgaand aan of tijdens gebiedsontwikkeling als methode worden ingezet om complexiteit te ontwarren, het perspectief te verbreden en keuzes af te dwingen. Belangrijk is dat er wordt nagedacht over de continuïteit van ontwerpend onderzoek, en dat de besluitvorming eraan gekoppeld wordt.

Complexiteit ontwarren, perspectief verbreden en keuzes afdwingen

Het valt op dat bij ontwerpend onderzoek vaak vooral publieke partijen aanwezig zijn (gemeenten, provincies, ministeries, Rijkswaterstaat, Staatsbosbeheer etc) en dat marktpartijen en ook gebruikers of belangengroepen ontbreken. De meedenktank van de Omgevingsvisie Amsterdam die geconsulteerd werd bij ons onderzoek naar de Stadsstraat Overtoom-Lelylaan, was een welkome uitzondering daarop en bestond uit een verzameling van geïnteresseerde burgers, ondernemers en marktpartijen. Het is logisch dat de overheid op nationaal en regionaal niveau ontwerpend onderzoek initieert. Maar op een lager schaalniveau kan ontwerpend onderzoek concrete gebiedsontwikkelingen en ruimtelijke transitieopgaven verder helpen als dit door alle belanghebbenden gedragen wordt. Vóór gebiedsontwikkelingen om samen met publieke en private partijen opgaven en ambities scherper te krijgen. En ín gebiedsontwikkelingen om bij vastgelopen projecten gezamenlijk nieuwe perspectieven te ontwikkelen en politiek en maatschappelijk draagvlak te creëren.

Landschapspark Zuidvleugel, visiekaart door BURA urbanism, Nohnik en Vereniging Deltametropool (bron: BURA urbanism)

‘Landschapspark Zuidvleugel, visiekaart’ door BURA urbanism, Nohnik en Vereniging Deltametropool (bron: BURA urbanism)


De voorpublicatie van het artikel van Marco Broekman is onderdeel van hoofdstuk 2 van de publicatie 'Ontwerpen voor gebiedsontwikkeling'. In dit hoofdstuk wordt dieper ingegaan op de rol van het ontwerp in het scheppen van verschillende toekomstperspectieven en de vertaling naar handelingsperspectieven. Het ontwerpen kan aan de voorkant van een gebiedsontwikkelingsproces worden ingezet om de opgave te (her)definiëren, maar wordt nu vaak ingezet aan het einde ter illustratie van een idee of product en dient dan als eindresultaat. Wanneer we het ontwerpen inzetten aan de voorkant – ontwerpen voor gebiedsontwikkeling, welke ‘tussenruimtes’ zijn dan nodig om de mogelijkheden die onderzocht zijn te doen doorwerken naar ontwerpen in gebiedsontwikkeling?


Cover: ‘Rust Reuring Ruis’ door BURA urbanism (bron: BURA urbanism)


Marco Broekman door Marco Broekman (bron: Linkedin)

Door Marco Broekman

Partner en stedenbouwkundige bij BURA urbanism


Meest recent

David Sim tijdens zijn presentatie over de zachte stad door Joost Zonneveld (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Slim verdichten via de zachte stad

De druk op onze steden wordt in de komende jaren alleen maar groter. Hoe zorgen we dan voor een leefbare woonomgeving? Deze vraag stond deze week centraal tijdens de laatste sLIM-bijeenkomst, met ‘Soft City’-auteur David Sim als gastspreker.

Verslag

19 april 2024

Oosterschelde door Ruud Morijn Photographer (bron: Shutterstock)

Oké, water en bodem sturend – maar niet altijd en overal

Water en bodem sturend, je kunt er bijna niet tegen zijn. Maar we moeten oppassen dat het nieuwe adagium niet alles gaat overheersen, zo waarschuwt columniste Agnes Franzen.

Opinie

19 april 2024

GO weekoverzicht 18 april 2024 door Gebiedsontwikkeling.nu (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was een week waarin de tijd begon te dringen

Dit was een week op Gebiedsontwikkeling.nu waarin de tijd begon te dringen. Voor de woningbouwproductie, om klimaatverandering tegen te gaan en om de openbare ruimte inclusiever te maken.

Weekoverzicht

18 april 2024