Ooijpolder, Nijmegen door Anton Havelaar (bron: shutterstock)

Bouwen met de natuur bij Nijmegen, schrijver Toine Heijmans denkt er het zijne van

17 juni 2025

8 minuten

Interview Om de grote rivieren meer ruimte te geven, zijn de afgelopen jaren op meerdere plekken ‘nevengeulen’ aangelegd. Een van deze operaties vond plaats in de Ooijpolder bij Nijmegen en komt op een bijzondere manier terug in de roman ‘Buitendijks’ van Toine Heijmans. Hoe kijkt hij aan tegen deze ingreep in de wildernis van het uiterwaardenlandschap?

De ruimtelijke inrichting van Nederland is voor historicus Toine Heijmans (1969) geen onbekend terrein. De schrijver en reizende columnist van de Volkskrant publiceerde eerder bijvoorbeeld een boek over de Amsterdamse gebiedsontwikkeling IJburg (La Vie Vinex. Over leven in een nieuwbouwwijk, 2007, uitgave L.J. Veen) en hoe het wonen aldaar hem beviel. In zijn columns raakt hij ook met enige regelmaat aan ruimtelijke thema’s, zoals het verdwijnen van “levende slootjes” uit het landschap, de natuur van Rottumerplaat en de Novex. Vorig jaar verscheen zijn nieuwste roman, ‘Buitendijks’. Het verhaal gaat over de jonge Nijmegenaar Willem die geheel uit vrije wil in de uiterwaarden woont. En daar op enig moment uit verdreven wordt, ten tijde van de aanleg van de 1 km lange nevengeul ’t Zeumke. Deze werd in 2017 opgeleverd en is een van de projecten die de afgelopen jaren zijn uitgevoerd om rivieren meer ruimte te geven. Ze zijn bedoeld voor het vergroten van de watercapaciteit. Bekend voorbeeld is de Spiegelwaal bij Nijmegen, de nevengeul waarvan de aanleg en passant leidde tot het ontstaan van het nieuwe stadseiland Veur-Lent.

Toine Heijmans - Buitendijks

Willem de Waal bewoont geheel uit vrije wil een tentje in de uiterwaarden van een grote rivier (we kunnen afleiden dat het om de Waal bij Nijmegen gaat, gezien verwijzingen naar bijvoorbeeld ‘de benedenstad’). Willem is jong en sterk en leeft alleen met de natuur die hem omringt, onder de bescherming van een eeuwenoude zwarte populier. Niemand weet van zijn vrije, buitendijkse bestaan. Pas wanneer hij wordt verjaagd uit zijn terrein (voor de aanleg van de nevengeul waarvoor alle scheepvaart-hinderende natuur moet wijken), blijkt wie werkelijk de baas is over de wildernis. Heijmans schetst een somber beeld van de daklozenopvang in de stad en laat en passant ook nog een dubieuze dorpswethouder en dito betoncentrale-eigenaar op het toneel verschijnen. Tal van pogingen worden ondernomen om Willem weer in het gareel te krijgen – hij verzet zich daar tot het uiterste toe. In die zin gaat het in ‘Buitendijks’ niet alleen om een letterlijke duiding van buiten de dijken leven, maar ook van een poging om in Nederland te ontsnappen aan het gereguleerde leven. En dat blijkt nog helemaal niet zo gemakkelijk te zijn.

Heijmans, Toine - Buitendijks door Merlijn Doomernik (bron: Uitgeverij Pluim)

Auteur:
Toine Heijmans

Uitgeverij:
Pluim

Aantal pagina’s:
334

Jaar van uitgave:
2024

Toine Heijmans door Merlijn Doomernik (bron: Uitgeverij Pluim)

‘Toine Heijmans’ door Merlijn Doomernik (bron: Uitgeverij Pluim)


Het onderwerp voor de roman was al de nodige tijd bij Toine Heijmans aanwezig, zo reconstrueert hij bij het begin van het gesprek. Als stagiair bij het Nijmeegs Dagblad mocht Heijmans een reportage maken over de dijkaanpak bij het dorp Ooij, eind jaren 90. “Daar werden onder meer de nodige dijkhuizen gesloopt. Het was de tijd van de vierkante dijken; de veiligheid stond voorop en wat in de weg stond, moest weg. Die herinnering zat al lang in mijn achterhoofd maar toch is ‘Buitendijks’ niet zo begonnen. De oorsprong ligt dichterbij: mijn oom Henk Verkaart leefde jarenlang in dit gebied. Ik vond het moeilijk om over hem in de krant te schrijven – het gaat toch over familie – maar een roman was wel mogelijk, over net zo iemand die leeft op een plek waar je eigenlijk niet zou moeten mogen leven.”

Ik was al langer gefascineerd door die wereld. En met name door het begrip ‘bouwen met de natuur’
Toine Heijmans, schrijver

De kennis van zijn oom diende als research voor het boek. “Eerder schreef ik bijvoorbeeld over de bergen en de zee, daar weet ik zelf het nodige van. Maar dit was een nieuw terrein voor mij, ook al had ik er dan al eerder kennis mee gemaakt. Wat me fascineerde was dat je in een door en door gereguleerd land als Nederland nog echte wildernis kunt vinden. Als je alle uiterwaarden uitknipt en aan elkaar plakt, dan heb je een groot gebied – waar je verder niets mee kunt. Het is misschien wel de laatste grote wildernis van dit land. Een heel intrigerend gegeven, omdat we tegelijkertijd in het hele land weg zijn gaan kijken van het water. Er moet een dijk omheen, want het is eng en gevaarlijk. Op eenzelfde manier hebben we ons afgekeerd van de zee, terwijl nota bene het land daaruit is ontstaan. De rijkdom en welvaart komt daarvandaan en daar teren we nog steeds op.”

Vergeten verhalen

Heijmans ging op zoek naar de historie van de Waal en ontdekte dat het hele land langs de river groot is geworden door de aanwezigheid van het water. “Toch is er weinig informatie over te vinden, bijvoorbeeld over de bijzondere vormen van visserij die hier plaatsvonden. Vissers die leefden van de trekvissen en precies genoeg vingen om het ecosysteem niet aan te tasten. Een heel interessant verhaal maar dat gek genoeg niet ingeprent in ons geheugen. We zijn het verleerd; we leven niet meer met het water maar tegen het water in.”

Strand aan de Waal met uitzicht op Nijmegen door Smiley.toerist (bron: Wikimedia Commons)

‘Strand aan de Waal met uitzicht op Nijmegen’ door Smiley.toerist (bron: Wikimedia Commons) onder CC BY-SA 4.0, uitsnede van origineel


Dat laatste kan in ieder geval niet gezegd worden van de mensen die ook nu nog in de uiterwaarden bij Nijmegen leven. “Alleen al in het gebied bij Ooij leven er zo’n 80 mensen in tentjes en boomhutten en dat aantal neemt alleen maar toe. Ik heb er over nagedacht hoe ik mijn hoofdpersoon wilde typeren; het lag voor de hand om iemand te kiezen die mislukt zou zijn in het leven en allerlei problemen zou hebben. Maar dat wilde ik niet, ik wilde iemand die normaal is, slim en aardig en er goed uitziet. Iemand die zichzelf ook goed onderhoudt en er bewust voor kiest zich los te maken van de samenleving en wel op deze plek, in de wildernis van de uiterwaarden.” Die keuze brengt hoofdpersoon Willem echter ongewild in aanraking met de plannenmakers van Rijkswaterstaat. Zij blijken heel andere ideeën met het gebied te hebben.

Vegetatielegger

Toine Heijmans was naar eigen zeggen al langer gefascineerd door die wereld. En dan met name door het begrip ‘bouwen met de natuur’ dat dan gehanteerd wordt. “Eigenlijk is dat een begrip dat nergens op slaat,’ zo vervolgt de romanschrijver. “Het is slim gekozen en doet het als marketingterm ook prima, maar in de kern doet de natuur nog steeds wat ie wil.” Heijmans dook onder in de wereld van ruimte maken voor de rivier en laat zijn hoofdpersoon Willem op een vergelijkbare manier kennis maken met de inrichtingsplannen voor de Nijmeegse nevengeul. Zoals met de ‘vegetatielegger’, een instrument van Rijkswaterstaat dat “de norm aangeeft voor de begroeiing in een gebied”. Het verbijstert Willem: “Mijn wildernis, in flarden uiteengetrokken, onderworpen en dienstbaar gemaakt. (..) Het is voor niets anders ingericht dan voor functionaliteit.” De zwarte populier waaronder Willem woont heeft een eigen ‘objectnummer’ en zal in het vervolg van ‘Buitendijks’ sneuvelen – Heijmans beschrijft het beeldend alsof het een wrede moord met voorbedachten rade betreft.

Heijmans snapt deze aanpak op zich nog wel vanuit het ingenieursdenken – “Logisch, je wilt alles onder controle houden.” – maar plaatst er ook vraagtekens bij. “Ik heb bijvoorbeeld over de Marker Wadden geschreven; daar moet nu al zand worden bijgestort om te behouden. We maken ons druk over de plastic soep in de zee en over PFAS, maar ondertussen werkt RWS wel met ‘geotextiel’; een soort kunstvezel doek dat voor honderden kilometers langs onze rivieren ligt en daar uiteraard ook in terecht komt. Ik heb het ook op natuureiland Rottumerplaat gezien, waar gebouwd is met betonmatten: betonnen stenen verlijmd op geotextiel. je ziet het daar nog overal liggen en rafelen.”

Aanval op landschap

Hoewel er bij het project Ruimte voor de Rivier nadrukkelijk is geprobeerd om watermanagement met ruimtelijke kwaliteit te verknopen, verkeert Heijmans op dit punt in dubio: “Willem den Ouden overleed dit voorjaar en toen ben ik op de dijk geklommen op de plek waar zijn huisje staat. Ik schrik daar dan wel van, hoe de dijkverzwaring vorm krijgt. Ik snap de bewoners die zeggen: we zijn hierdoor nu wel veilig. Maar het is ook een aanval op een prachtig en eeuwenoud cultuurlandschap. De rivier heeft overal sporen achtergelaten en ik vind dat we daar te gemakzuchtig mee omgaan. Terwijl het ook anders kan.” Heijmans refereert in dit verband aan een bewonersgroep in Heesselt (bij Tiel), die een alternatief plan maakte voor een dijkverzwaringstraject (maar waar niets mee werd gedaan).

Uiterwaarden lenen zich er perfect voor om aan kinderen te laten zien hoe de natuur in elkaar zit
Toine Heijmans, schrijver

We komen ultimo op een filosofische discussie uit, zo maakt Heijmans duidelijk. “We zijn op een gegeven moment – ik schat in, een eeuw geleden – gaan denken dat we boven de natuur staan. Het woord ‘cultuurtechniek’ is toen ook ontstaan. Dat heeft ons blind gemaakt voor het feit dat het nooit genoeg zal zijn, uiteindelijk bepaalt de rivier hoe het zal gaan. Ik vraag me af: waarom leven we niet meer ‘met het water’? Nu worden we erdoor verrast. Twee jaar geleden werkten de sluizen bij Amsterdam niet goed en was er de schok dat de stad bijna onder water liep. Of neem de vorige winter in Brabant en Limburg, toen het water ineens uit de grond leek te komen en alles overstroomde. Zijn we dan zo ver afgedreven?”

Monumentje oprichten

Toch wil Heijmans ervoor waken als louter somber over te komen. “Toen ik opgroeide, mocht ik niet in de Waal komen. Dat was toen nog een gifrivier. Op dat punt is er veel verbeterd. En er zitten nu zeehonden in de rivier en misschien dat de Elft (haringachtige trekvis, red.) ook wel weer terug is. Aan de andere kant hebben we wel alles met PFAS en andere rotzooi zitten verpesten. Terwijl we wisten dat het gebeurde. In Zeeland is een rapport door het provinciebestuur in de lade gestopt. Ik kan het kwaadaardig noemen maar het is gewoon dom en niet handig; we kunnen niet zonder dat water.”

De urgentie is volgens de schrijver overduidelijk: “Deze week werd bekend dat de bollenteelt in het Westland nog tien à twintig jaar heeft en dan is het daar over, het zoute water dringt teveel binnen. Het gaat gewoon niet goed. Ik denk dat mijn kinderen hier nog heel erg mee te maken krijgen.” Kijkend naar diezelfde jeugd, pleit Heijmans ervoor om een monumentje op te richten voor de uiterwaarden als bijzonder gebied: “Het is zo’n rijk en continu veranderend gebied, dat nog heel onbekend is. Het leent zich er perfect voor om aan kinderen te laten zien hoe de natuur in elkaar zit, hoe het land in elkaar zit en wat zo’n rivier doet. En dat het ook niet zo gevaarlijk is als wij allemaal denken.”

Nijmegen door Roger Veringmeier (bron: Wikimedia Commons)

‘Nijmegen’ door Roger Veringmeier (bron: Wikimedia Commons)


In steden als Basel is het heel gebruikelijk (en ook toegestaan) om in de rivier te zwemmen. In de Waal bij Nijmegen is dat een stuk risicovoller, met al het drukke scheepvaartverkeer. Toine Heijmans’ oom durfde het wel en programmamaker Joris Linssen zocht hem een aantal jaar geleden op (en schreef er een aantal jaren later het nummer ‘Stroom’ over.


Cover: ‘Ooijpolder, Nijmegen’ door Anton Havelaar (bron: shutterstock)


Kees de Graaf door Sander van Wettum (bron: SKG)

Door Kees de Graaf

Eindredacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

Ooijpolder, Nijmegen door Anton Havelaar (bron: shutterstock)

Bouwen met de natuur bij Nijmegen, schrijver Toine Heijmans denkt er het zijne van

Om de grote rivieren meer ruimte te geven, zijn de afgelopen jaren op meerdere plekken ‘nevengeulen’ aangelegd. Toine Heijmans belicht de operatie bij de Nijmeegse Ooijpolder, hoe kijkt hij als schrijver hier tegenaan?

Uitgelicht
Interview

17 juni 2025

Grevelingskanaal in Annerveenschekanaal gezien vanaf her Roels Roetert Draaigie door Gouwenaar (bron: Wikimedia Commons)

Ook het dorps bouwen kan bijdragen aan de woningbouwambities

In het debat over het oplossen van de woningnood gaat het vaak om de grote locaties en de dito getallen. Maar wat kan de bijdrage zijn van het bouwen van woningen in kleinere kernen? KAW zocht het uit voor de provincie Drenthe.

Onderzoek

17 juni 2025

Hans-Hugo Smit Column Cover door Esther Dijkstra (bron: Illustratie Esther Dijkstra, bewerkte foto Matthijs van Roon)

Hoed u voor stoere stellingnames

Columnist Hans-Hugo Smit vraagt naar aanleiding van de publicatie van het eindrapport van de adviescommissie STOER niet om minder regels of meer feiten. Hij wil visie en om een overtuigend verhaal over wonen als basisrecht voor iedereen.

Opinie

16 juni 2025