2014.12.27_Mag het een onsje_458

Mag het een onsje meer zijn?

27 december 2014

4 minuten

Nieuws Over de versterking van de positie van het ontwerp en de vergroting van burgermacht in Nederland bij beleidsontwikkeling.

De burger is iemand die deelneemt aan het maatschappelijk leven, door beurtelings geregeerd te worden en te regeren
Aristoteles

Samenvatting

In dit essay, geschreven in opdracht van Architectuur Lokaal, wordt het voorstel van Atelier ZZ om probleemateliers en keuzeateliers als instrumenten toe te voegen aan het repertoire bij planontwikkelingen als ruimtelijke visies en gebiedsontwikkeling verwelkomd. Met de voorstellen kunnen drie vliegen in één klap worden geslagen. Er wordt allereerst bij het begin van het planproces zorgvuldig nagedacht over de ruimtelijke en maatschappelijke effecten die optreden als verschillende benaderingen als uitgangspunt worden gekozen voor het plan. Zo ontstaat een beeld van variatie en veranderlijkheid, zonder dat specifieke belangen te snel domineren of zelfs al het plan naar hun hand zetten. Het biedt alle belangen, dus ook die van burgers, bedrijven en maatschappelijke instellingen, gelijke kansen om aan dat ‘onderzoek’ en ‘debat’ deel te nemen. Dat leidt tot een meer democratisch proces en biedt kansen op vergroting van burgermacht; een thema dat sluipenderwijs op de politieke agenda aan het komen is. Tenslotte spreekt het ontwerpers aan op waar ze goed in zijn. Verbeelden. Hoe het kan worden en wat dan effecten zijn. Woorden en beelden zijn onmisbaar om onderzoek draagvlak te geven en debat te voeren. Last but not least past het pleidooi voor probleemateliers en keuzeateliers naadloos bij de vraagstukken waar de belangrijkste bestuurskundigen thans hun hersenen op kraken: de rol van met name de burger als met name coproducent in de energieke samenleving.

Inleiding

Hoe staat het eigenlijk met het repertoire aan middelen dat mondige burgers, bedrijven en maatschappelijke instellingen (in het vervolg spreek ik vooral over de burger, maar het geldt ook voor bedrijven en instellingen) ter beschikking hebben om het omgevingsbeleid (in brede zin) van de overheid te beïnvloeden? Het beschikbare bestuurlijk-politieke instrumentarium wordt enerzijds ingezet om de beleidscyclus te optimaliseren en anderzijds om te communiceren met de burger. Het instrumentarium sluit dan ook nauw aan bij de bureaucratische logica, waarin ambtenaren zich inspannen tot de beste oplossing van een vraagstuk te komen. Het sluit bovendien aan bij de verkoop van politieke voornemens en besluiten aan burgers.
Die wijze van beleidsvoorbereiding en beleidsbepaling is de afgelopen decennia aangepast aan de noodzaak om draagvlak te krijgen voor beleid bij burgers. Actiegroepen dwongen af dat er naar hen geluisterd werd, dat alternatieven alsnog werden onderzocht of in discussie genomen en soms zelfs, dat genomen besluiten werden heroverwogen. Hoorzittingen en inspraak werden aan het overheidsrepertoire toegevoegd. De mogelijkheden van burgers om zienswijzen in te brengen werden verbeterd. Hier en daar werd zelfs geëxperimenteerd met raadplegingen. Zeker in de beleidsvoorbereiding en de fasen voorafgaand aan het besluitvormingsproces werden deze nieuwe instrumenten aan het bestuurlijk-politieke repertoire toegevoegd.

Nu lijken we voor een nieuwe fase te staan waarin dat repertoire ten behoeve van burgers moet worden uitgebreid. De bestuurlijke logica verdringt de politieke logica en die van de samenleving (Tjeenk Willink); de beleidsomgeving wordt steeds turbulenter en vraagt andere werkwijzen van politici en ambtenaren (’t Hart); ‘oplossingen’ vergen eerder samenwerking in horizontale netwerken dan top-down besluitvorming (Van Twist); ‘aanpassen’ wordt een nieuwe manier van ‘uitvoeren’ (Harford); en radicaal incrementalisme vervangt het hiërarchische planningsdenken en gaat uit “van een samenleving die voortdurend op zoek is naar wat werkt volgens een proces van trial and error” (Hajer). Tegelijkertijd worden burgers steeds mondiger en eigengereider en zijn de mogelijkheden om hen te betrekken of om hun mening te vragen steeds eenvoudiger. Burgers en betrokkenen participeren niet alleen aan de beleidsvorming (bijna als onderdeel van), maar “betreden het publieke domein”, alleen “niet op uitnodiging” (Van der Steen).

Maarten Hajer van het Planbureau voor de Leefomgeving signaleert de opkomst van de ‘energieke samenleving’: “een samenleving van mondige burgers en met een ongekende reactiesnelheid, leervermogen en creativiteit”. Hajer wijst er op dat het denken over de relatie tussen overheid en samenleving anders moet. “Wie de energieke samenleving niet voor zich wint, vindt deze niet zelden tegenover zich. Aan de andere kant biedt een samenwerking tussen overheid en de energieke samenleving ook de kracht en energie om de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren”. En: “maatschappelijke dynamiek is tot nu toe vooral gezien als de veroorzaker van problemen. Maar kan die dynamiek ook de motor voor werkende oplossingen zijn? En hoe kan de overheid dat uitlokken? Welke rol en opstelling passen daarbij? En op welk bestuursniveau zitten daarvoor de beste aanknopingspunten?”.


Cover: ‘2014.12.27_Mag het een onsje_458’



Meest recent

Droge kreek tijdens de hete zomer door AnoukHPhotography (bron: Shutterstock)

Het wordt iets minder droog in Brabant, maar de strijd om het (grond)water begint nu pas

Drie jaar geleden luidde de Adviescommissie Droogte de noodklok inzake de droogte in de provincie Noord-Brabant. Is er al iets gebeurd is met de adviezen. Slaagt men er al in het water beter vast te houden?

Analyse

13 oktober 2025

Tramkade.jpg door Gemeente Den Bosch (bron: Gemeente Den Bosch)

Casus Tramkade Den Bosch: hoe duidelijke spelregels (en een portie lef) een gebiedsontwikkeling verder helpen

Na tien jaar experimenteren gaat de gebiedsontwikkeling Tramkade in Den Bosch een nieuwe fase in. Voormalig wethouder Mike van der Geld en projectleider Maarten de Wolff vertellen hoe duidelijke regels dat proces in goede banen moeten leiden.

Casus

13 oktober 2025

Station Haarlem door DNieuwland (bron: shutterstock)

Rli: Gebiedsontwikkelaars, vergeet de overheidsdeelnemingen niet

Publiek-private samenwerkingen zijn niet meer weg te denken uit het vakgebied. Maar vergeet als gebiedsontwikkelaar ook het instrument van overheidsdeelnemingen niet, adviseert de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur in een nieuw advies.

Interview

9 oktober 2025

Uw gastbijdrage op GO.nu: Over gastbijdragen

Uw gastbijdrage op GO.nu

Wij staan open voor bijdragen uit wetenschap en praktijk. Wij moedigen auteurs aan hun kennis en ervaring te delen.

Over gastbijdragen
Uw project toevoegen: Ga naar de GO-Projectenkaart

Uw project toevoegen

Wilt u graag een gebiedsontwikkeling toevoegen aan de GO-projectenkaart? Vul dan via onderstaande link het formulier in.

Ga naar de GO-Projectenkaart
Uw organisatie bij de SKG: Ga naar de SKG-website

Uw organisatie bij de SKG

Uw organisatie aansluiten op het netwerk van de Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling? Neem dan contact op.

Ga naar de SKG-website
Uw bijeenkomst in de agenda: Neem contact op

Uw bijeenkomst in de agenda

U kunt uw gebiedsontwikkeling-gerelateerde evenement aankondigen via onze agenda door contact op te nemen met de redactie.

Neem contact op