'We hebben een strengere overheid nodig die Nederland meer als een stadstaat gaat regeren'

31 december 2013

7 minuten

Persoonlijk ‘Ik verlang soms naar die spreekwoordelijke geraniums’, spot Jeroen van der Veer als we hem vragen hoe druk hij tegenwoordig nog is. De voormalige Shell-baas is president-commissaris bij Philips en ING en vervult daarnaast talloze functies in binnen- en buitenland. Bijvoorbeeld als voorzitter van het Platform Bèta Techniek, een door de overheid in het leven geroepen organisatie die meer jongeren wil interesseren voor het volgen van een technische opleiding.

Hij heeft het interview minutieus voorbereid. Voor zich heeft hij een lijstje met de voor hem meest urgente punten die hij gedurende het gesprek wegstreept. Het jaar 2014 heeft Van der Veer duidelijk aan het denken gezet.

‘Voor mij is het jaar zeer verrassend verlopen. We begonnen optimistisch, maar door de ontwikkelingen in Oekraïne en het Midden-Oosten zitten we nu in een totaal andere situatie. Ik heb dat niet zien aankomen.’

Waar maakt u zich meer zorgen over: ­Rusland of het Midden-Oosten?

‘Zonder twijfel het Midden-Oosten. Vechten tegen een extreem geloof, een beweging die zich aan geen enkele regel of rechts­bestel houdt, is zeer ingewikkeld en ­gevaarlijk. De ironie wil dat het de Russen zijn geweest die het Westen hebben gewaarschuwd niet te snel in Syrië de rebellen tegen president Assad te steunen. Rusland zou ook kunnen helpen de Isis-gerelateerde problemen te lijf te gaan. Ook is het ­onwelkom dat we al die sancties tegen Moskou hebben ingesteld in plaats van met de Russen samen te werken. Maar ik heb geen idee hoe het gaat aflopen.’

Lachend vervolgt hij: ‘Er zijn natuurlijk scenario’s te maken. Dat deden we bij Shell ook altijd als we het even niet wisten.’

Zit Europa in een crisis?

‘Het is als met het kikkertje in de pan met water dat steeds verder wordt opgewarmd. Ik zie nog niet de wil de problemen aan te pakken. De economie van Europa sputtert en Nederland sputtert mee. Een prettige verrassing is dat ondanks de zeer hoge jeugdwerkloosheid het rustig is gebleven. Tweehonderd jaar geleden hadden we een ­revolutie gehad.’

Wat is de kern van het probleem?

‘Onzekerheid. En dat vraagt om meer leiderschap, maar de leiders weten niet waarheen ze moeten leiden. Er bestaat ook helemaal geen consensus over wat goed leiderschap voor Europa zou moeten zijn. Dan heb je toch een gigantisch probleem. Daardoor worden politici, premier Mark Rutte is een mooi voorbeeld, steeds meer “dealmakers”. Ze kijken wat er mogelijk is. Een begrijpelijke reactie, maar het geeft geen energie, geen nieuw elan.’

Noemt u eens een voorbeeld van die onzekerheid?

‘De robotisering die overal banen zou vernietigen. Mijn antwoord daarop is dat als we de arbeidsproductiviteit niet verhogen, we nog veel langer moeten werken dan tot ons 67ste, we geen geld hebben voor defensie, de welvaart terugloopt en de kansen voor onze kinderen minder worden. Dus die robots zijn heel goed. Er komen andere banen voor terug, want die apparaten moeten worden geprogrammeerd, geïnstalleerd en onderhouden.’

Maar levert dat net zo veel banen op als er verdwijnen?

‘De kunst is om de condities in je land zo te creëren dat er nieuwe banen tot stand kunnen komen. Via educatie mensen fit maken voor de samenleving van morgen — een beroepsbevolking die up-to-date blijft opgeleid, deels in de baas zijn tijd en deels privé. Omdat het leuker en belangrijker is iets in de avonduren te ­leren, in plaats van vaak naar een voetbalwedstrijd te kijken. Ik heb ook in de avond­uren ­economie gestudeerd.’

U mist die ambitie?

‘Ja, maar daar hoort wel wat anders bij. Ik denk dat het aan de onderkant van het loongebouw enorm helpt als mensen die zich inspannen om meer te verdienen ook werkelijk netto meer overhouden. Het is schokkend te zien hoeveel extra iemand moet verdienen om boven een uitkering, inclusief alle toeslagen, uit te komen. Ik begrijp niet dat je iedere keer het halve land over je heen krijgt als je dit onderwerp ter sprake brengt.’

U bent voorzitter van het Platform Bèta Techniek. Gaat het de goede kant op met kinderen die voor een technische opleiding kiezen?

‘Voor de optimale samenleving moeten vier op de tien mensen een bèta-achtige studie doen. Daar gaan we bij universiteiten behoorlijk naartoe. Maar bij het hbo en mbo stokt het enorm. Er is vooral een gebrek aan vrouwen die iets technisch willen worden, of programmeur. We moeten ze dus eerder — al op de basisschool — daartoe verleiden.’

En wat gaan al die jongeren vervolgens doen?

‘Steeds meer jongeren willen ondernemer worden. Ook dat gaat de goede kant op. Een belangrijke stimulans is dat de universiteiten naast onderzoek en onderwijs een derde taak hebben gekregen: valorisatie. Studenten worden tijdens of na hun studie gemotiveerd — met de kennis die ze hebben opgedaan — een bedrijf te beginnen. Wat nog wel moet worden opgelost, is dat het voor ondernemers makkelijk moet worden gemaakt mensen in dienst te nemen. Daar zijn starters terecht huiverig voor. Politiek wordt te weinig nagedacht hoe je van één naar tien medewerkers komt en van tien naar tachtig. Daarna werkt het wel.’

Wat moet Europa doen?

‘Boven aan mijn lijstje staat een geloofwaardige Europese energiepolitiek. Je kunt niet denken een serieuze speler in de ­wereld te zijn als je langdurig uit de pas loopt met je energieprijzen. De sleutel is elektriciteit: makkelijk, lokaal schoon en het wint aan marktaandeel. Maar je moet wel zorgen voor goede condities om het op te wekken en te transporteren.

Verder wil ik ervoor pleiten zo veel mogelijk CO2-reductie te realiseren tegen zo min mogelijk belastinggeld. Dat lijkt mij een vrij simpel uitgangspunt, maar voor veel politici is dit een geheel nieuw inzicht. De consequentie is dan wel dat we afscheid nemen van allerlei dure regelingen: politieke hobby’s zoals variabele bijtelling of aanschafbelasting van auto’s en andere gesubsidieerde regelingen.’

Hoe hoog moet de CO2-prijs dan worden?

‘Wat mij betreft hoger dan $ 40 per ton CO2. Een hoge CO2- prijs creëert ook een vangnet voor het opwekken van hernieuwbare energie. Dat is een betere manier dan almaar aan die subsidiekraan draaien. Met de opbrengsten kun je een fonds maken en daaruit bedrijven of sectoren helpen die wereldwijd concurreren. Denk aan cement of chemie. Maar we kunnen best in Europa beginnen. Maak een Europese centrale CO2-bank die verantwoordelijk is voor de CO2-prijs. Net zoals in Frankfurt de ­centrale bank de rente en geldhoeveelheid in de gaten houdt.’

Wat doen we met fossiele energiebronnen?

‘We zullen moeten besluiten wat we met ­kolen doen en met kernenergie. En natuurlijk schaliegas. Is dat iets voor Europa, ook gezien onze positie ten opzichte van Rusland? Is het haalbaar? Wat mij verbaast, is dat we schaliegas niet eens willen onderzoeken. Dat we niet nieuwsgierig zijn. Ik vind het raar dat je schaliegas er bij voorbaat al uit knikkert.’

Daar klinken nogal wat onzekerheden in door.

‘Geen enkele vorm van energie is “the silver bullet”. Je kiest altijd tussen de nadelen. Het is niet het een of het ander. Ook met energiebesparing is veel winst te behalen. En om een ander voorbeeld te noemen: dieselauto’s kunnen nog veel zuiniger. Er zijn al stadsautootjes die op 1 liter 800 kilometer rijden. Bijna alle automerken werken eraan en dan kom je direct op een andere vraag: wie gaat de “lifetime footprint” winnen? De heel zuinige dieselauto of de elektrische auto. De winnaar staat nog helemaal niet vast. “Rumours about my death are premature”, noemen de ­Engelsen dat zo mooi.’

U hebt een duidelijke agenda voor verandering. Wat weerhoudt ons?

‘We zouden eigenlijk een wat strengere overheid moeten hebben die het land meer als een stadstaat regeert. We zitten nog te veel vast aan het oude CDA-denken: dat we heel veel platteland hebben in Nederland. Onzin natuurlijk. 60% van de bevolking woont al in steden. We hebben net zo veel inwoners als groter New York. Daar hebben ze vijfhonderd ­gemeenteraadsleden en wij vijfduizend. New York is toch echt niet minder democratisch. En Singapore heeft ook geen zestig deelraden. De taak van de overheid daar is besturen en niet eindeloos dingen subsidiëren, maar duidelijk aangeven welke richting het op moet in een aanbod­economie. Nu heeft de gemeente Hilversum een beleid om bedrijven aan te trekken, en de gemeente Utrecht ook, met bedrijfsterreinen zonder filosofie. Dat is een aanpak van likmevestje.’

_Ze zien u in Eindhoven aankomen. Daar trekken ze hun eigen plan en ze zijn ook nog eens succesvol. Brainport Eindhoven wordt wereldwijd geroemd om zijn innovatieve kracht. _ ‘Daar hebben ze een punt. Want als ze het niet hadden gedaan, was het niet gebeurd — juist doordat die centrale agenda ontbreekt. Nu staan provincies en gemeenten naast elkaar om de Olympische Spelen Nederland aan te bevelen. Of er is die ene provincie die naar China gaat en hoort dat een andere provincie er net is geweest over hetzelfde onderwerp, ­terwijl ze dat niet van elkaar weten.

Dus de ambitieuze bestuurder uit Utrecht of Groningen mag niet meer besluiten naar China te gaan om bedrijven naar zijn of haar regio te lokken?

Van der Veer sluit af met een duidelijke oproep: ‘Als Nederland besluit naar China te gaan, wordt er centraal een ­delegatie samengesteld en zorgvuldig nagedacht wie er mee mag. Meer ­leiding graag.’

Auteursrecht voorbehouden aan Het Financieele Dagblad


Door Pieter Couwenbergh

Redacteur bij Het Financieele Dagblad

Door Rob de Lange

Verslaggever bij Het Financieele Dagblad


Meest recent

Hans-Hugo Smit Column Cover door Esther Dijkstra (bron: Illustratie Esther Dijkstra, bewerkte foto Matthijs van Roon)

Hugo, Hoyte, Kate and the Donald

Meer regie, wie is er tegen? We houden van krachtige teksten en beelden. Maar laten we ons nog wel regisseren? Hans-Hugo Smit prijst Hugo de Jonge maar vreest voor de uitvoering van zijn wet Versterking Regie Volkshuisvesting.

Opinie

18 maart 2024

Hotel New York in Amsterdam door ColorMaker (bron: Shutterstock)

Stedelijke identiteit en gemeenschapsvorming op gemeentelijk niveau

Veel (lokale) bestuurders maken graag aanspraak op ‘stedelijke identiteit’. Maar wat hebben de bewoners aan zo’n beeld, kunnen zij samen met de bestuurders dan ook de stad maken? Planoloog Frank van den Beuken zocht het uit.

Analyse

18 maart 2024

Arnhem door Marcel Rommens (bron: shutterstock)

Gevraagd: buitenlands kapitaal om de Nederlandse woningbouwambities te realiseren

Om in de komende jaren voldoende middeldure woningen te bouwen, is buitenlands kapitaal nodig. Cushman & Wakefield onderzocht hoe het investeringsklimaat voor internationale institutionele beleggers verbeterd kan worden.

Onderzoek

15 maart 2024