Deventer Havenkwartier: ontwikkelen volgens Vlaams model

1 juni 2012

2 minuten

Casus In het Deventer Havenkwartier wordt sinds 2007 gesleuteld aan een strategie die is geïnspireerd op een meer organische manier van werken. Deze methode wordt het ‘Vlaams model’ genoemd, Minder vastleggen en meer loslaten is de kern van deze methode. Maar wat blijkt: om los te kunnen laten, moet er heel wat geregeld worden.

Over stuurmanskunst en het meest flexibele bestemmingsplan van Nederland

Deventer is een nationale koploper in het werken volgens een nieuw, organisch herontwikkelingsmodel, zo bleek tijdens de Nirov-werksessie organische ontwikkeling op 16 mei.

Einde van het masterplan

In het begin van de eenentwintigste eeuw werd voor het Havenkwartier gewerkt aan een ambitieus masterplan, waarbij het voormalige havengebied aan de IJssel zou worden getransformeerd tot een hoogstedelijk woongebied met woontorens en urban villa’s. In 2006 - dus nog voor de crisis - belandde dat plan echter in de prullenbak. De hoge woningaantallen dreigden een probleem te vormen voor de omliggende industrie. Ook werden de bestaande gebiedskwaliteiten van het terrein, zoals het industriële karakter, in het masterplan nauwelijks meegenomen. De gemeenteraad stemde het plan af.

De urgentie bleef echter om het grotendeels leegstaande Havenkwartier te (her)ontwikkelen. Vooruitlopend op de realisatie van het masterplan was door de gemeente Deventer bovendien een groot deel van de grond en het vastgoed in het oude havengebied verworven. Zowel ruimtelijk als financieel was ontwikkeling dus essentieel voor de gemeente.

Nieuwe visie: ‘Poor but sexy’

Om tot een succesvolle doorstart te komen, moest een nieuwe ontwikkelingsstrategie worden bedacht. Stedenbouwkundige Andries Geerse werd benaderd om deze puzzel op te lossen. Hij stelde de gemeenteraad een keuze tussen drie ontwikkelmodellen voor:

  • Het ‘Hollandse model’, waarbij een kleine club ontwikkelaars het gebied herontwikkelt. In feite het gefaalde model van het masterplan in een nieuw jasje.

  • Het ‘Vlaamse model’, waarbij iedereen mag meedoen en er misschien wel 300 partijen betrokken worden.

  • Óf, als laatste redmiddel, het gebied in zijn geheel verkopen aan een belegger of ontwikkelaar, die vervolgens de regie over de herontwikkeling op zich neemt.

De raad koos voor het Vlaamse model. In een klap werd een geheel andere visie voor het Havenkwartier omarmd: een Havenkwartier dat ruimte biedt voor ondernemers, horeca, kunst en cultuur en ‘stoer wonen’ en dat gewoon in bedrijf blijft als beroepshaven. Als gebiedsidentiteit werd gekozen voor ‘Poor but Sexy’, het motto van het hippe (maar arme) Berlijn.



Meest recent

sportcampus Zuiderpark, Den Haag door Menno van der Haven (bron: shutterstock)

Wat is goed in de ruimtelijke ordening?

De vraag ‘wat is een goede ruimtelijke ordening?’ wint aan gewicht nu we als samenleving meer ambities hebben dan er aan ruimte beschikbaar is. Alle reden voor een nadere reflectie, door hoogleraren Marlon Boeve en Co Verdaas.

Uitgelicht
Analyse

24 april 2024

Centrum Haarlem door Maykova Galina (bron: shutterstock)

Lokaal kijken naar de lange termijn, de visie en ervaringen van Willem Hein Schenk

In het boekje Sturen op Stadsarrangementen deelt architect Willem Hein Schenk de inzichten die hij verkreeg met zijn podcastserie de Haarlem Sessies. In een interview vertelt hij wat zijn belangrijkste lessen zijn: “Kijk naar de lange termijn”.

Interview

24 april 2024

Hoge Vucht, Breda door XL Creations (bron: shutterstock)

Een beter perspectief voor kansarme buurten, zo doet Breda dat

Het bieden van meer perspectief aan bewoners van kansarme wijken is geen sinecure. Lokaal kan daar het nodige voor gedaan worden, maar ook hogere overheden moeten meedoen. In Breda worden ze actief bij de problematiek betrokken.

Casus

23 april 2024