Overhoeks nieuwbouw amsterdam

Zo werkt het revolverend fonds voor stedelijke transformatie

22 juni 2018

4 minuten

Nieuws Een revolverend fonds moet dure en complexe binnenstedelijke gebiedstransformaties vergemakkelijken en versnellen. Vandaag presenteert het Platform Stedelijke Transformatie een uitwerking van het plan voor zo'n fonds aan de minister, die eerder al 38 miljoen toezegde. Hoe werkt zo'n revolverend fonds precies? Stadszaken sprak met de architecten.

38 miloen is aanjaaggeld

De vraag naar woningbouw is groter dan ooit: volgens de bouwers moeten voor 2030 één miljoen woningen worden gebouwd. De prognose is dat een groot deel van deze woningen in reeds stedelijk gebied zal worden ontwikkeld.

Daartegenover staat dat binnenstedelijke gebiedsontwikkeling ingewikkelder is en langer duurt dan buitenstedelijk en dat gelden voor risicovolle transformatieprojecten moeilijk te vinden zijn, benadrukte Aeisso Boelman, directeur van Fakton op he NEPROM-congres. ‘Het aantal greenfields waar ontwikkeld mag worden loopt terug. Steeds vaker zijn we aangewezen op brownfields, waar ontwikkelen duurder is. Ook is het ‘makkelijke geld’ zo goed als op.’ Boelman doelt hiermee op potjes die in het verleden beschikbaar waren, zoals de stadsvernieuwingsgelden (€17,5 miljard, gestopt in 2005) en de locatiesubsidies (€1 miljard, gestopt in 2009).

Om binnenstedelijke ontwikkeling ondanks de hogere kosten en moeilijkheidsgraad toch mogelijk te maken pleiten onder andere Platform 31, Fakton, de NEPROM en BNG Bank vanuit het platform Stedelijke Transformatie voor een revolverend fonds. Robin Vriends, consultant bij Fakton: ‘De doelstelling van het revolverend fonds is het versnellen van de woningbouwopgave en verstedelijking. Het is een alternatief financieringsinstrument om ontwikkelingen op lastige stedelijke locaties los te trekken.’

Hoe werkt het revolverend fonds precies?

Een revolverend fonds is geen subsidiepot, benadrukt Boelman. Maar hoe werkt het dan precies? Vriends: ‘Om in aanmerking te komen voor een investering vanuit het fonds moet er zicht zijn op een sluitende businesscase. Het gaat om projecten waar in principe een sluitende businesscase mogelijk is, maar waar door hoge kosten van de financiering door het risicoprofiel van de ontwikkeling de businesscase niet rondgerekend kan worden.’ Boelman vult aan: ‘Het fonds is niet bedoeld om onrendabele toppen de dekken!’ Vriends vervolgt: ‘Andere eisen zijn dat het project een maatschappelijk doel moet dienen en dat er aantoonbaar sprake moet zijn van marktfalen. Als je dat falen niet aan kan tonen kan er sprake zijn van onrechtmatige staatssteun.’

‘Als een project aan de investeringscriteria voldoet, worden de middelen verschaft via bijvoorbeeld een (achtergestelde) lening, risicodragend kapitaal of een garantie,’ vervolgt Vriends. Gedurende of na de uitvoer van het project wordt de financiering afbetaald. ‘Het uitgezette geld keert daarmee terug naar het fonds in de vorm van aflossing, rente of dividenduitkering. Op deze manier kunnen de teruggekeerde middelen opnieuw worden ingezet met dezelfde doelstelling.’

Doordat investeringen van het fonds zich op complexe projecten met een maatschappelijk nut richten, zullen er voor deze investeringen andere rendementseisen gelden dan voor reguliere private investeringen. Boelman: ‘Vanuit maatschappelijk oogpunt wordt een andere afweging gemaakt wat betreft risico en rendement. Daarmee kunnen projecten die door dure reguliere financiering niet haalbaar zijn toch mogelijk worden. Daarbij is de financiële component in de businesscase zeer belangrijk, maar daarnaast worden maatschappelijke onderwerpen zoals duurzaamheid, werkgelegenheid en inclusiviteit ook meegewogen.

Aantrekken van private investeerders

Het idee is dat het revolverend fonds in eerste instantie publiekelijk gefinancierd wordt, waarna marktpartijen aan kunnen haken. Zo moet het balletje gaan rollen en kan het fonds groeien. ‘Er is veel privaat geld, maar wanneer stappen private investeerders in? Dat gebeurt nu nog te weinig in de risicovolle fase van een transformatieproject,’ zegt Boelman. Thimmo van Garderen, business developer bij BNG Bank, vult aan: ‘Er wordt te weinig privaat geïnvesteerd. Het revolverend fonds moet in dat gat springen.’ Volgens Van Garderen is het voor het succes van het fonds essentieel dat private partijen zich op termijn aansluiten: ‘De minister heeft gezegd dat ze best aan een fonds wil werken, maar het niet alleen gaat doen. Ze verwacht dat andere partijen ook meedoen.’

Vergelijkbare fondsen

Het idee voor het fonds kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Vriends: ‘Wereldwijd zijn er tal van voorbeelden van revolverende fondsen te vinden, rangerend van internationaal tot lokaal schaalniveau. Zo heb je het supranationale Europese Jessica Initiative, het nationale Nationaal Restauratiefonds, de regionale Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) en het lokale SOFIE in Rotterdam.’ De opzet van het revolverend fonds in het advies van platform Binnenstedelijke Transformatie is gebaseerd op analyse van deze fondsen. 

En hoe nu verder?

Maarten Hoorn, senior projectleider bij Platform 31, heeft vertrouwen in de toekomst: ’38 miljoen is een mooi begin. Het toont dat de minister serieus aan de slag wil met het revolverend fonds. Het plan is dat het bedrag van de minister al dit jaar gebruikt gaat worden, wat ook toont dat de urgentie om dit op te pakken er is.’ En welke rol ziet het Platform voor zichzelf nu minister Ollongren de eerste injectie heeft gedaan en het advies wordt aangeboden? Hoorn: ‘We zullen zeker betrokken blijven bij de ontwikkelingen. We zullen adviseren en als klankbord optreden.'


Coverfoto: Thomas van Mens

Dit artikel verscheen eerder op stadszaken.nl


Cover: ‘Overhoeks nieuwbouw amsterdam’


Kasper Baggerman door Xander Remkes (bron: Xander Remkes)

Door Kasper Baggerman

Programmamaker Ruimte & Wonen bij Pakhuis de Zwijger


Meest recent

Participatie bij een grote verbouwing door Natalya Kosarevich (bron: shutterstock)

Participatie bij een grote verbouwing

De grote verbouwing van Nederland is niet gebaseerd op een eenmalig groots en meeslepend besluit, aldus Co Verdaas. Het is een proces van vele kleine en grotere besluiten. Hoe moeten dan de spelregels rondom participatie worden opgesteld?

Analyse

8 oktober 2025

Het team achter Huis van de Toekomst bestaat uit kunstenaars, professionals en buurtbewoners door Havensteder (bron: Huis van de Toekomst)

De urban curator als noodzakelijke verbinder in de lokale energietransitie

Een van de meest veelbelovende scenario’s voor de energietransitie is de overgang naar duurzame, lokaal opgewekte en gedeelde energie. Dat is echter een lastig traject. Kan de ‘urban curator’ helpen als verbinder?

Onderzoek

7 oktober 2025

De passende spelregels voor gebiedsontwikkeling door Esther Dijkstra (bron: Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling)

Tussen samenhang en sectoren: de passende spelregels voor gebiedsontwikkeling

In het openingsartikel van de nieuwe Gebiedsontwikkeling.krant proberen Marlon Boeve, Co Verdaas en Tom Daamen tot de juiste spelregels voor gebiedsontwikkeling te komen door te focussen op de eeuwige strijd tussen ‘samenhang’ en ‘sectoren’.

Uitgelicht
Analyse

7 oktober 2025

Uw gastbijdrage op GO.nu: Over gastbijdragen

Uw gastbijdrage op GO.nu

Wij staan open voor bijdragen uit wetenschap en praktijk. Wij moedigen auteurs aan hun kennis en ervaring te delen.

Over gastbijdragen
Uw project toevoegen: Ga naar de GO-Projectenkaart

Uw project toevoegen

Wilt u graag een gebiedsontwikkeling toevoegen aan de GO-projectenkaart? Vul dan via onderstaande link het formulier in.

Ga naar de GO-Projectenkaart
Uw organisatie bij de SKG: Ga naar de SKG-website

Uw organisatie bij de SKG

Uw organisatie aansluiten op het netwerk van de Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling? Neem dan contact op.

Ga naar de SKG-website
Uw bijeenkomst in de agenda: Neem contact op

Uw bijeenkomst in de agenda

U kunt uw gebiedsontwikkeling-gerelateerde evenement aankondigen via onze agenda door contact op te nemen met de redactie.

Neem contact op