Onderzoek Verstening en verdichting maken van klimaatadaptatie in stedelijk gebied een ingewikkelde opgave. Onderzoekers laten zien dat het gebied rondom de stad nog vaak wordt vergeten, terwijl juist hier genoeg kansen liggen om een groene slag te slaan.
Meer weten over de veelzijdigheid van de klimaatproblematiek en het meerjarige onderzoeksprogramma Red&Blue? Kom naar het SKG Jaarcongres Gebiedsontwikkeling op 30 maart en schrijf je in voor de themasessie Klimaatadaptatie & GO.
Onderzoekers van de Technische Universiteit Delft en de Universiteit van Amsterdam signaleerden eerder dit jaar een opmerkelijke tegenstelling. Natuurlijke oplossingen voor klimaatadaptatie vormen wereldwijd “een gouden kans” bij het aanpassen aan het veranderende klimaat. Maar ondanks die constatering blijft de toepassing en opschaling van deze oplossingen beperkt. Vaker wordt voor een andere, technische ingreep gekozen. Hoe wordt deze tegenstelling veroorzaakt? Volgens de wetenschappers is dat een gebrek aan bewijs over de prestaties van natuurlijke oplossingen op lange termijn en onzekerheid over de economische effecten. Maar met die tekortkomingen rekenen zij nu af in hun eigen onderzoek. Daarin wordt juist de conclusie getrokken dat deze klimaatadaptieve strategie wél werkt en juist waardebevorderend is.
Sturende rol water en bodem
De mogelijkheden en kansen die natuurlijke oplossingen voor klimaatadaptatie bieden, staan ook centraal in het rapport Klimaatadaptatie met Natuur tussen stad en platteland. In opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit ontwikkelden Bureau Stroming en GreenSteps Duurzame Innovatie een nieuwe werkwijze. Daarin ligt de focus nadrukkelijk op het gebied tússen de stad en het platteland. In gebiedsontwikkeling is veel aandacht voor klimaatadaptatie in steden (bijvoorbeeld voor het financiële aspect). Tegelijkertijd wordt er ook veel gesproken over de sturende rol die water en bodem spelen op de locaties buiten de stad.
De ruimte direct rondom bebouwde gebieden (de onderzoekers noemen deze zone het ‘peri-urbane gebied’) wordt in het gesprek over klimaatadaptatie echter vergeten of verwaarloosd. En dat terwijl hier nog genoeg ruimte is om te werken aan de opgaven die bijvoorbeeld qua schaalgrootte niet in het stedelijke gebied te realiseren zijn. Of die juist in het gebied rond de stad goed te combineren zijn met het vergroten van ruimtelijke kwaliteit. Natuurlijke waterberging creëren is een voorbeeld van een dergelijke natuurlijke oplossing. Daarmee wordt tegelijkertijd een ‘stedelijk probleem’ opgelost én krijgen recreatie en biodiversiteit een impuls.
Gedeeld besluit
Met hun integrale visie hopen de onderzoekers gemeenten en waterschappen te ondersteunen in de missie om het gebied rondom de stad ook klimaatadaptief te maken. De eerste stap in deze werkwijze: overzicht creëren. En dan met name van de belangrijkste ruimtelijke opgaven en mogelijk natuurlijke oplossingen voor klimaatadaptatie in een gebied. Met dat overzicht zijn gemeenten, waterschappen en eventuele andere partijen die een leidende rol hebben in de gebiedsontwikkeling zeer geholpen. Omdat de ruimte ook in deze peri-urbane zone vaak schaars is, is de volgende stap het zoeken naar mogelijkheden om met deze natuurlijke oplossingen meerdere ruimtelijke opgaven te combineren.
‘Den Bosch, Netherlands’ door Alseenrodelap.nl - Elco (bron: Shutterstock)
De onderzoekers hebben een proces bedacht dat partijen kunnen doorlopen om deze combinaties te vinden. Met het opstellen van acht bouwstenen ontstaat een “compact gebiedsproces dat zich primair richt op klimaatadaptatie in het gebied rondom de stad. Een gemeente en waterschap zijn dan ook logische initiatiefnemers van zo’n gebiedsproces, maar ook andere initiatiefnemers zijn denkbaar.” Met een bijbehorend gebiedscanvas en een visualisatie kunnen ideeën makkelijk gedeeld worden met andere partijen in het proces. Zo komen zij tot een gedeeld besluit.
Integrale visievorming
In Dordrecht en Den Bosch is de werkwijze al in de praktijk doorlopen. Uit deze casussen komt een aantal lessen naar voren. Zo geven de partijen in Dordrecht aan dat langjarige betrokkenheid van gemeentelijke sleutelfiguren een “kritische succesfactor” is. Dat geldt ook voor de samenwerking met partijen als de provincie en Staatsbosbeheer. Ook het financiële plaatje is een aandachtspunt. Volgens de onderzoekers is het voor de meeste gemeentes een uitdaging om voldoende financiële middelen voor klimaatadaptatie te vinden. Een volgende leerervaring uit de casussen is dat reguliere activiteiten als onderhoud aan wegen en riolering vaak al genoeg meekoppelkansen in zich dragen. Maar om die kansen te benutten, is tijdige en frequente afstemming binnen de organisatie(s) noodzakelijk. De casussen in Dordrecht en Den Bosch laten zien dat dit in de praktijk nog niet zo eenvoudig is.
Sowieso is op tijd starten met de voorbereidingen noodzakelijk. Alleen zo wordt de zoektocht naar de ideale klimaatadaptieve ingrepen optimaal ingepast in de werkprocessen. “Het combineren van opgaves biedt nieuwe mogelijkheden, maar geeft ook complexiteit, vraagt om een brede blik en om gedegen afwegingen tussen soms tegenstrijdige belangen.” Maar die brede blik kost volgens het rapport tijd en geld en vraagt om inbreng van kennis en expertise uit diverse domeinen. Gecombineerd met het feit dat ontschotting van budgetten in de praktijk vaak een uitdaging blijkt, is een goede voorbereiding een must. “Er wordt onvoldoende tijd genomen – en er is onvoldoende expertise – om te komen tot integrale visievorming”, geven de auteurs als waarschuwing mee.
Lees het volledige onderzoek op de site van het Kennisportaal Klimaatadaptatie.
Cover: ‘Dordrecht, The Netherlands’ door Frans Blok (bron: Shutterstock)